In de zorg ontbreekt het nog altijd aan basale voorwaarden voor valide, betrouwbare kwaliteitsinformatie. Dat constateert het RIVM in de Zorgbalans 2014. Vooral de versnippering onduidelijkheid, ontoegankelijkheid en onvolledigheid van registraties zijn volgens het RIVM punten van zorg.
Ondanks de kritisch conclusie merkt het Rijksinstituut voor Volksgezondheid en Milieu (RIVM) wel op dat er de afgelopen jaren veel activiteiten zijn ontplooid op het gebied van transparantie. Het RIVM denkt hierbij onder meer aan de vele registraties die beroepsbeoefenaren hebben opgezet.
Inkoopbeleid
Ook ziet RIVM bij verzekeraars meer aandacht voor kwaliteit bij de zorginkoop, zij het dat dit nog op een bescheiden schaal gebeurt. “Kritisch inkoopbeleid door zorgverzekeraars op basis van kwaliteit komt nog weinig voor”, aldus het RIVM. Opvallend vindt het RIVM het succes van beoordelingssite Zorgkaart Nederland. “Deze laat zien dat patiënten wellicht meer geïnteresseerd zijn in persoonlijke verhalen van anderen dan in de meer abstractie, kwantitatieve indicatoren”, aldus het RIVM.
Gelet op de vele ontwikkelingen op het gebied van transparantie vindt het RIVM het nog te vroeg om definitieve conclusies te trekken. De komende jaren moet duidelijk worden in hoeverre de doorbraak naar transparantie slaagt. Het RIVM verwacht dat het Kwaliteitsinstituut hier een belangrijke rol in gaat spelen.
Internationale score
In internationaal perspectief springt de Nederlandse zorg er anno 2014 nog altijd goed uit, aldus het RIVM. De zorg is ondanks een hoger eigen risico, eigen bijdragen en een kleiner verzekerd pakket breed toegankelijk. Daarbij scoort Nederland op het merendeel van de indicatoren bovengemiddeld, met name op het gebied van het voorschrijven van antibiotica en het behandelen van heupfractuur binnen 48 uur. Veel kwaliteitsindicatoren laten volgens het RIVM een gunstige trend zien: de 30-dagensterfte na beroerte of hartinfarct is afgenomen, evenals vermijdbare sterfte in ziekenhuizen en het voorkomen van ziekenhuisinfecties. Ook decubitus en ondervoeding laten een daling zien, waar de 5-jaar overleving bij kanker juist toeneemt. Ook de babysterfte neemt af, hoewel de Nederlandse geboortezorg nog steeds relatief hoog zit.
Aan de andere kant constateert het RIVM enkele hardnekkige problemen, zoals de grote praktijkvariatie en het tekort aan arbeidskrachten in de ouderenzorg. De toegankelijkheid van het stelsel is “minder vanzelfsprekend dan voorheen”, aldus het RIVM. In 2013 zag 12 procent van de Nederlanders af van artsenbezoek vanwege de kosten, waar dit in 2012 nog 2 procent was. Eenzelfde trend is zichtbaar bij aanbevolen medisch onderzoek. In 2013 zag 16 procent hier van af, tegen 3 procent een jaar eerder.
Inkomenseffect
“Het afzien van zorg vanwege kosten is niet per definitie ongewenst, maar de mate waarin zorggebruik al dan niet als gewenst of noodzakelijk kan worden beschouwd is moeilijk te bepalen”, aldus het RIVM. Daarbij komt dat er een aantoonbaar inkomenseffect is: hoe lager het inkomen, hoe vaker mensen van zorg afzien.