IBD
Inflammatory Bowel Disease is de meest gebruikte benaming voor chronische ontstekingen van het maagdarmkanaal. Onder deze ontstekingsziekten vallen de ziekte van Crohn en colitis ulcerosa. De ziekte van Crohn is een chronische ontsteking van het hele spijsverteringskanaal. Colitis ulcerosa is een chronische ontsteking van het slijmvlies van de dikke darm. IBD is niet te genezen. Behandeling heeft als doel om de ziekte rustig te houden. In Nederland lijdt 1 op de 200 mensen aan chronische darmziektes, zoals de ziekte van Crohn en colitis ulcerosa.
De Santeon ziekenhuizen behandelen gezamenlijk bijna 12.000 van de 85.000 patiënten met IBD in Nederland.
Onderzoeken
Patiënten die lijden aan IBD hebben te maken met veel belastende onderzoeken, zoals calprotectine testen – waarbij wordt gekeken naar ontlasting – en MRI-scans. Daarbij brengen de onderzoeken hoge kosten met zich mee. Door het onderling vergelijken van de zorgresultaten, bleek dat er tussen de Santeon ziekenhuizen veel verschil zat in het aantal onderzoeken dat werd afgenomen bij kinderen. Dit heeft geleid tot Santeon richtlijnen, waardoor het aantal onderzoeken in de ziekenhuizen behoorlijk is gedaald ten opzichte van het jaar ervoor, met gelijkblijvend zorgresultaat. Het aantal calprotectine testen daalde met 22 procent en het aantal MRI-scans met 8 procent.
Betere registratie
Om goede zorg te kunnen verlenen aan IBD patiënten is het voor artsen van belang om de ziekte in kaart te brengen. Dit gebeurt via de Montreal score. De ziekteactiviteit van een patiënt wordt gemeten door middel van de Physician Global Assessment (PGA-)score. De registratie van deze scores blijkt lastig, omdat bij de ziekte IBD veel zorgprofessionals zijn betrokken en er soms “uitdagingen op ict-gebied” zijn. Tijdens het traject is de registratie van de Montreal score bij de ziekte van Crohn gestegen van 25 procent naar 53 procent en bij colitis ulcerosa van 15 procent naar 45 procent. De registratie van de PGA-score is bij de ziekte van Crohn gestegen van 6 procent naar 46 procent en bij colitis ulcerosa van 4 procent naar 40 procent. Dit is gerealiseerd door zorgverleners vaker te attenderen op het ontbreken van de registratiescores en dossieronderzoek, waarbij ontbrekende waardes worden aangevuld. De komende jaren wordt ingezet op een nog betere registratie.