Normaal gezien ligt iemand die op de spoedeisende hulp terechtkomt daar gemiddeld een uur of twee à drie. Als iemand te ziek is om weer naar huis te mogen, moet hij of zij worden opgenomen in het ziekenhuis. Maar dat lukt afgelopen weken dus vaak niet, vertelt Baden. Naast een hoog aantal patiënten dat met een virusinfectie is opgenomen op een afdeling, zit ook meer zorgpersoneel ziek thuis. Die uitval komt nog bovenop het al bestaande personeelstekort. Tot slot kunnen mensen ook moeilijker doorstromen van het ziekenhuis naar bijvoorbeeld een verpleeghuis, omdat daar dezelfde problemen spelen.
Systeem kraakt aan alle kanten
Zo kan het dat een patiënt op de eerste hulp soms wel 12 uur moet wachten voor er een plekje vrij is. Baden: “Zo blijft er een bed bij ons bezet, waardoor de kans toeneemt dat je de SEH op een gegeven moment moet sluiten.” Dat wil zeggen dat de spoedeisende hulp tijdelijk geen nieuwe patiënten kan zien. Ambulances moeten dan doorrijden naar een volgend ziekenhuis of huisartsen moeten in het uiterste geval zelf langer spoedeisende zorg verlenen. “Terwijl zij het eigenlijk ook al veel te druk hebben.”
De druk op de acute zorg is de laatste jaren al steeds hoger geworden, zegt Baden, onder meer door oplopende personeelstekorten. Een oplossing is er niet snel. “Als de dijk continu breekt, moet je kijken welke zorg wel en niet geleverd kan worden.” Dat betekent in een relatief onschuldig geval misschien dat iemand met een gebroken teen niet altijd meer een röntgenfoto krijgt om te kijken hoe de breuk eruitziet. Minder onschuldig is het als een huisarts beslist om iemand met een fikse blaasontsteking nog wat langer thuis te laten, omdat er op de spoedeisende hulp geen plek is voor een beoordeling. “Vaak gaat dat goed, maar soms wordt iemand dan misschien zo ziek dat diegene uiteindelijk een week in het ziekenhuis moet liggen.” Baden hoort van sommige collega’s al dat patiënten zieker binnenkomen dan in het verleden, doordat er later zorg voorhanden is. “Het systeem kraakt aan alle kanten.” (ANP)