Maurice van den Bosch is hoogleraar, interventieradioloog en sinds 1 januari 2024 voorzitter van de raad van bestuur van het Antoni van Leeuwenhoek (AVL), het Nederlands kankerinstituut. Tot eind 2023 is hij nog bestuursvoorzitter van de Amsterdamse ziekenhuisorganisatie OLVG, waar hij zeven jaar heeft gewerkt. “Ja, ook dit is transitie. Ik ga van een regionale context naar een landelijke, met meer focus op het wetenschappelijke en internationale perspectief”, zegt hij hierover.
Zorg-ecosysteem
De zorg is in beweging, maar als Van den Bosch terugkijkt op zijn periode in het OLVG is er ook al een hoop veranderd. “Het eerste waar mijn gedachten naartoe gaan is 2018, het faillissement van het Slotervaart ziekenhuis. In die tijd mochten ziekenhuizen niet met elkaar praten zonder dat de zorgverzekeraar en de ACM erbij waren. Twee jaar later breekt de coronapandemie uit. Toen hebben we geleerd hoe belangrijk het is om vanuit een zorg-ecosysteem te kunnen reageren, een systeem waarvan de delen juist wel met elkaar communiceren.”
Achteraf blijkt de coronacrisis een prelude naar de schaarste nu, stelt Van den Bosch, met personeelstekorten in grote delen van de zorg. “Het is zo belangrijk dat nu in het Integraal Zorgakkoord (IZA) is vastgelegd dat we samenwerken in de regio, dat we samen dat zorg-ecosysteem vormen.”
Digitale transformatie
Een digitale transformatie is volgens de ziekenhuisbestuurder nodig om de zorgsector naar een volgende fase te krijgen. “Op onderdelen kunnen we het veel slimmer doen. Dat we digitale innovatie van de grond kunnen krijgen en kunnen opschalen, heeft de coronacheck-app bewezen. Bij Santeon (samenwerking van ziekenhuizen, waaronder OLVG, red.) laten we het zien met Zorg bij jou, onze chronische zorg op afstand.”
De Santeon-ziekenhuizen hebben de afgelopen jaren verschillende lerende netwerken gevormd. Rond een aandoening of ziektebeeld vergelijken ze de uitkomsten van zorg met elkaar. Zo proberen ze te ontdekken waar kwaliteitsverbetering te halen valt. De behandeling wordt aangepast om de beste uitkomst voor de patiënt te bereiken. Als voorbeeld hiervan noemt Van den Bosch de behandeling van een gescheurde meniscus. “Als blijkt dat fysiotherapie dezelfde of zelfs een betere uitkomst geeft, moet je dat doen en niet opereren.”
Contractering
Van den Bosch is uitgesproken optimistisch over de transformatie van de zorg. “Kijk naar wat we al hebben bereikt. Nogmaals, vijf jaar geleden mochten we niet eens met elkaar praten.” Een belangrijke rol is weggelegd voor de zorgverzekeraars. Daar voelt Van den Bosch hetzelfde optimisme. “We komen allemaal uit een systeem dat gericht is op productie. De focus op passende zorg die het IZA heeft, vraagt om een systeem dat niet productie, maar betere uitkomsten financiert. Dat vraagt om een andere contractering. Ik zie dat dit bij de zorgverzekeraars begint te komen. Ik zie inspanningen, maar het kan even duren voordat het op de werkvloer leeft. Er is nog wel een verschil tussen hoe bestuurders en directies bij zorgverzekeraars erin staan en bij de inkopers. Daar moeten we met mildheid naar kijken. Het is een leerproces.”
Actieve rol zorgprofessionals
Zorgverzekeraars hebben een grote rol in de transformatie, maar ze kunnen het niet alleen, benadrukt Van den Bosch. “Professionals, het zorgveld, zullen bepalend zijn voor het succes van de transformatie. Zij weten vanuit de inhoud wat nodig is. Zij hebben een actieve rol in die transformatie. Je kunt meer veranderen dan je denkt. Treed zelf naar buiten met de beste initiatieven, maar leer ook van elkaar, neem de goede voorbeelden van elkaar over en schaal die op.”
Bestuurders moeten op hun beurt aandacht hebben voor deze mensen, de zorgprofessionals, die de hoofdrol moeten vertolken in de transformatie. “Elke transformatie is mensenwerk. Mensen moeten willen veranderen. Onderschat je voorbeeldfunctie niet. Mensen kijken: wat vind jij ervan? Als je iets verkondigt, moet je het doorleven.”
Veranderen als enige constante
“Het moeilijkste zijn niet de plannen, visies, digitalisering”, vervolgt Van den Bosch. “Daar zijn we het over eens. Maar hoe krijg je het geïmplementeerd? Daarvoor is een stuk vertrouwen nodig. De leiders van de toekomst zullen types zijn die verbinden. Veranderen is voorlopig de enige constante in de zorg. En vergeet niet, mensen hebben het al druk. Artsen zien soms veertig patiënten op een dag. Ook verpleegkundigen werken ontzettend hard. Dat is de grote uitdaging: veranderen in een systeem dat al onder druk staat. Het vraagt om een quadruple aim: niet alleen sturen op kwaliteit en kosten, maar ook op de ervaring van de patiënt én de ervaring van de medewerker.”
Over nog eens vijf tot zeven jaar zal het IZA stevig wortel geschoten hebben, voorziet Van den Bosch. “Passende zorg, waarde toevoegen, digitale transformatie, het zorg-ecosysteem in de regio. Het zullen elementen zijn waar alle organisaties op gaan inzetten. Of het nu topklinische zorg in ziekenhuizen is of lokaal chronische zorg in de wijk.”
Meer lezen in deze reeks:
Franka Morssink: ‘De zorg moet sneller transformeren’
Mark Kramer: ‘Belangrijke keuzes in de zorg niet voor ons uitschuiven’
Mark van Houdenhoven: ‘Transformeren doe je niet alleen’
Stephanie Klein Nagelvoort Schuit: ‘Heb het lef om het belangrijke verhaal te vertellen