Al ruim twintig jaar bestaat in Groningen het MD/PhD-programma waarbij masterstudenten Geneeskunde hun studie combineren met een promotietraject in dienst van het UMCG. Tussen oktober 2016 en oktober 2018 nam het UMCG deel aan een experiment van het ministerie van Onderwijs, Cultuur en Wetenschap, met als doel het aantal promotietrajecten te bevorderen. Tijdens die periode werden de MD en PhD’ers als ‘student’ aangenomen. Daardoor kregen zij niet zoals reguliere werknemers een overeenkomst, maar wel salaris. Dit salaris was echter lager dan het salaris van de andere promovendi. Bovendien hadden ze geen recht op pensioenopbouw en kregen ze ook geen vakantiegeld of eindejaarsuitkering.
Cassatie
Omdat deze constructie volgens de MD en PhD’ers oneerlijk was, wonnen zij juridisch advies in bij de Landelijke Artsen in Dienstverband (LAD), waarna werd besloten een zaak aan te spannen. De kantonrechter oordeelde op 4 januari 2022 dat de promovendi een opleidingsovereenkomst met het UMCG hadden en geen arbeidsovereenkomst. Daarom hadden zij volgens de rechter geen recht op dezelfde arbeidsvoorwaarden. Bijna alle promovendi lieten het er niet bij zitten en gingen in hoger beroep bij het Gerechtshof Arnhem-Leeuwarden. Het gerechtshof oordeelde dat er wel degelijk sprake is van een arbeidsovereenkomst.
Het UMCG gaat in cassatie tegen die uitspraak van het gerechtshof. Volgens Dino Jongsma, arbeidsjurist van het Kennis- en dienstverleningscentrum van de Federatie Medisch Specialisten en de LAD, lijkt hun belangrijkste bezwaar dat de student-promovendi vóór 1 januari 2020 zijn aangenomen, toen de Wet normalisering rechtspositie ambtenaren nog niet in werking was getreden. Dat betekent dat de promovendi niet werden aangesteld als werknemers volgens het burgerlijk recht, maar als ambtenaar. Daardoor was het volgens het UMCG niet mogelijk hen een arbeidsovereenkomst aan te bieden. Verder heeft het UMCG een aantal klachten over de beoordeling of sprake is van loon, arbeid en een gezagsverhouding. De Hoge Raad beoordeelt of de klachten van het UMCG terecht zijn. “De zaak wordt hiermee opnieuw vertraagd, mogelijk zelfs met een jaar. De MD/PhD’ers moeten door deze stap nog langer wachten op betaling van het loon dat hen volgens het gerechtshof toekomt”, aldus Jongsma.