Uit onderzoek blijkt dat patiënten die fitter een operatie ingaan een grotere kans hebben op een goed en snel herstel, een kortere ziekenhuisopname en minder kans op complicaties. Ook is aandacht voor leefstijl essentieel ná een medische ingreep en bij behandelingen waar geen operatie nodig is.
Leefstijlzorgloket
Patiënten die onder behandeling zijn van een medisch specialist in het UMCG, worden door hun eigen behandelend arts gescreend op drie factoren: overgewicht, inactiviteit en roken. Als de leefstijl van de patiënt op één of meer onderdelen verbeterd kan worden in relatie tot het behandeldoel dan kan de arts de patiënt verwijzen naar het leefstijlzorgloket in het UMCG. Voorbeelden van interventies zijn bijvoorbeeld begeleiding bij het stoppen met roken of verwijzing naar een fysiotherapeut of diëtist. De interventie vindt niet in het ziekenhuis plaats en hoeft zelfs niet altijd door een zorgverlener gegeven te worden. Misschien is een wandelclub of een sportschool wat de patiënt nodig heeft.
Leefstijldomeinen
De interventie vindt ditmaal buiten het ziekenhuis plaats, maar is wel onderdeel van de medische behandelijk. De leefstijldomeinen die aan de orde komen zijn bewegen, voeding, slaap, intoxicatie (roken/alcohol/middelen), mentaal welbevinden, sociaal netwerk en kwetsbaarheid. Een overgrote meerderheid van de patiënten ziet de meerwaarde van het verbeteren van de eigen leefstijl binnen een medische behandeling.
Patiënten transplantatie en nefrologie
In eerste instantie kunnen patiënten van het UMCG transplantatiecentrum en binnenkort van de afdelingen urologie en nefrologie verwezen worden naar het leefstijlzorgloket. Het is de bedoeling dat in de komende jaren patiënten van álle UMCG-afdelingen naar het loket verwezen kunnen worden en dat de leefstijlzorg uiteindelijk door de zorgverzekering vergoed gaat worden.
Revalidatie
Naast leefstijlinterventies voor patiënten van het UMCG wordt het geld ook gebruikt voor wetenschappelijk onderzoek op gebied van revalidatie, TBC en leefstijl en onder andere voor de uitbouw van het wetenschappelijk kenniscentrum binnen het centraal inspanningslaboratorium in Beatrixoord.
BEANN heeft nog eens 500.000 euro gereserveerd om eventueel na vijf jaar de programma’s verder te kunnen helpen.