“Wat we gezien hebben is dat er na de vakantieperiode een heleboel dingen in een dusdanige richting gingen wijzen dat de viruscirculatie gewoon weer toenam. Er kwamen personen terug van vakantie die in het buitenland positief waren geworden. We zagen duidelijk de introducties en vervolgens de doorgifte van het virus, vooral in thuissituaties, op het werk en in verpleeghuizen. Dat heeft uiteindelijk een tweede golf getriggerd. We hadden het vast kunnen voorkomen. Niet alleen in Nederland, maar ook in veel andere landen. Het heeft uiteindelijk veel te maken met de mate waarin iedereen… tja, toch de mate van naleving van de basisregels.”
Gevoel van urgentie veranderd
Van Dissel denkt dat het in de wind slaan van de corona-adviezen komt doordat mensen er geen zin meer in hebben. “Zeker, de intenties van de meesten zijn goed, en de meesten doen het ook goed. Maar tegelijkertijd: als we kijken naar verschillende onderzoeken, zoals bijvoorbeeld naar het winkelgedrag, zien we toch dat het haast weer zit op het niveau van voor Covid, of zelfs erboven. Het gevoel van urgentie is duidelijk veranderd. Maatregelen die we eerder ook namen, hebben nu minder effect dan in maart. Dat moet wel komen doordat men een andere invulling geeft aan de adviezen”, aldus Van Dissel, die als voorman van het Outbreak Management Team de belangrijkste adviseur van het kabinet is.
‘Het virus laat het gewoon niet toe’
“We zien dat bijna 20 procent van degenen die positief zijn getest, ondanks het nadrukkelijke verzoek om thuis te blijven toch het huis verlaat. En dat personen met verkoudheidsklachten toch naar hun werk of naar school gaan. Ik wil benadrukken: ik kan heel goed begrijpen dat men genoeg heeft van het virus en terug wil naar de periode ervoor. Maar het virus laat het gewoon niet toe.” (ANP)