De KNMG, het OM, de FIOD, de Inspectie SZW en het ministerie van VWS hebben afgesproken dat er bij een ernstig vermoeden van fraude in de zorg een onafhankelijke deskundige arts ingeschakeld wordt. Hiermee denken zij dat het medisch beroepsgeheim maximaal wordt gerespecteerd, terwijl strafrechtelijk kan worden opgetreden als dat nodig is.
Voordat de onafhankelijk arts wordt ingezet, toetst een onafhankelijk juridisch deskundige eerst of de inzet gerechtvaardigd is. De arts bekijkt vervolgens of de gegevens wel of niet onder het medisch beroepsgeheim vallen en checkt bijvoorbeeld of gedeclareerde zorg echt heeft plaatsgevonden. Dan maakt deze arts hiervan een verslag met geanonimiseerde gegevens en stuurt dit door naar officier van justitie. Op deze manier blijft de privacy van de patiënt beschermd en kan onderzoek naar fraude in de zorg effectiever en efficiënter worden.
De betrokken partijen streven ernaar dat deze werkwijze op 1 januari 2017 in werking treedt. Afgesproken is dat “vanwege het innovatieve karakter” van de nieuwe werkwijze een juridische toets plaatsvindt. Met de afspraken voorkomen zij dat patiëntinformatie terecht komt in de strafrechtelijke onderzoeksdossiers, wanneer artsen verdacht worden van fraude in de zorg. “Door de inzet van een onafhankelijk deskundige arts, blijft de privacy van de patiënt maximaal gewaarborgd”, aldus het ministerie van VWS in een persverklaring.
Onacceptabel
Fraude in de zorg is volgens VWS “onacceptabel” en moet worden aangepakt. Tegelijk moet het medisch beroepsgeheim van artsen zoveel mogelijk worden gerespecteerd. In uitzonderlijke gevallen kan het echter nodig zijn om inzage te krijgen in medische gegevens, bijvoorbeeld om na te kunnen gaan of de door een arts gedeclareerde zorg wel echt heeft plaatsgevonden. Daarom hebben de betrokken partijen gezocht naar een “zorgvuldige en proportionele werkwijze”.