Dat meldt de Landelijke Huisartsen Vereniging, die samen optrekt met zorgaanbieders in de eerste lijn.
Deze zorgaanbieders, verenigd in de Eerstelijnscoalitie, verzetten zich al jaren tegen de jaarverantwoordingsplicht en de extra administratieve belasting die dit voor hen betekent. Die lasten komen bovenop een groeiende stapel aan verantwoordingseisen waaraan zorgaanbieders moeten voldoen.
Wtza
Op 1 januari 2022 is de Wet toetreding zorgaanbieders in werking getreden. Die bevat verschillende verplichtingen voor zorgaanbieders, waaronder een verplichting tot een openbare jaarverantwoording. Alle zorgaanbieders, uitgezonderd zzp’ers, moeten hieraan voldoen en moeten vanaf 2023 financiële verantwoording afleggen over het voorgaande boekjaar. De coalitie heeft meerdere keren met de minister Helder en haar voorgangers gesproken over de effecten van de Wtza voor kleinschalige zorgaanbieders. Tot op heden heeft dit overleg slechts tot een verruiming van de openbaarmaking geleid. Over boekjaar 2023 is deze tijdelijk verruimd naar 1 oktober 2024, dit was 1 juni 2024.
VWS
Op een alternatief voorstel voor de jaarverantwoordingsplicht dat de Eerstelijnscoalitie heeft neergelegd, hebben noch VWS, noch de NZa gereageerd. Het alternatieve voorstel behelst een uitzonderingspositie voor de eerste lijn en voor kleinere zorgaanbieders tot een bepaalde omzetgrens. Volgens de eerstelijns zorgaanbieders weegt de gevraagde tijdsinvestering voor deze groep niet op tegen wat het oplevert.
De LHV reageert teleurgesteld: “VWS biedt helaas geen ruimte voor beperking van de verplichting voor de eerstelijnszorg. Dat is niet alleen frustrerend, maar ook verschrikkelijk zonde van de kostbare tijd voor de patiëntenzorg van al die zorgverleners in de eerste lijn.” De LHV en andere zorgaanbieders beraden zich op nadere stappen.