Het ministerie van VWS bereidt een nieuwe wet voor waardoor het mogelijk wordt zorgfraude beter en sneller op te sporen.
Met de wet hopen minister De Jonge en staatssecretaris Blokhuis (VWS) de samenwerking tussen instanties bij het aanpakken van zorgfraude te verbeteren. Daarbij gaat het om zorgaanbieders, toezichthouders, opsporingsdiensten, zorgverzekeraars en gemeenten.
Duizend meldingen
De bewindslieden vinden de maatregel nodig omdat de fraude in de zorg hardnekkig blijft. Bij de NZa, het CIZ en de IKZ kwamen vorig jaar ruim duizend meldingen binnen over fraude. Zorgkantoren en verzekeraars deden evenzoveel fraudeonderzoeken en er werd een kwart miljard euro aan declaraties teruggevorderd. Onbekend is hoeveel declaraties al vooraf werden afgewezen, maar doorgaans is dat een veelvoud.
De problemen concentreren zich bij de pgb-gelden, de ongecontracteerde zorg in de wijkverpleging en nieuwe toetreders in de zorg. Dat schrijven De Jonge en Blokhuis in de Tweede Voortgangsrapportage Rechtmatige Zorg 2018-2021.
Centraal registreren
Het wetsvoorstel zorgt er voor dat zorgverzekeraars, zorgkantoren en gemeenten data over fraudeurs op een centrale plek registreren in een ‘waarschuwingsregister’. Deze instanties kunnen dit register raadplegen voordat zij een contract afsluiten en kunnen vervolgens risico-beperkende maatregelen nemen. Dit kan voorkomen dat zorgfraude zich mogelijk herhaalt in een ander gebied of zorgdomein.
Uitwisselen
Het wetsvoorstel zorgt er ook voor dat betrokken partijen signalen over fraude beter uitwisselen. “Nu is dit beperkt of niet mogelijk”, aldus de bewindslieden. Het uitwisselen van signalen zal verlopen via een rechtspersoon met een wettelijke taak, de stichting IKZ. Dit komt in de plaats van het huidige samenwerkingsverband van partijen.
Raad van State
Het wetsvoorstel wordt nog dit jaar naar de Raad van State gestuurd. Dan kan het begin volgend jaar al naar de Tweede Kamer voor behandeling.