Het ministerie van VWS gaat de zes Samenwerkende Academische Netwerken Ouderenzorg (SANO) structureel financieren. De subsidie loopt op tot jaarlijks zevenhonderdduizend euro per netwerk.
Nederland telt zes academische netwerken die wetenschappelijk onderzoek uitvoeren in de verpleeghuiszorg en thuiszorg. De zes leveren volgens VWS al jaren een substantieel aandeel in de wetenschappelijke kennisontwikkeling in de langdurige ouderenzorg. Ook slaan ze een brug tussen wetenschappelijke theorie en de praktijk. Om de slagkracht van deze Academische Netwerken Ouderenzorg te vergroten, heeft het ministerie van VWS besloten de zes netwerken te co-financieren met structurele gelden die oplopen tot 700.000 euro per netwerk per jaar. Met de structurele financiering wordt de bestaande kennisinfrastructuur dus versterkt. Hierdoor kunnen de netwerken een forse impuls geven aan het uitvoeren van wetenschappelijk onderzoek, in nauwe samenwerking met de zorgpraktijk en het onderwijs.
In de netwerken werken onderzoekers, zorgverleners, ouderen en hun mantelzorgers, beleidsmakers en docenten van het WO, HBO en MBO samen aan concrete thema’s, zoals het verbeteren van pijnbeoordeling bij mensen met dementie, het versterken van de inbreng van verpleeghuisbewoners en hun verwanten, het voorkomen van onvrijwillige zorg en het door ontwikkelen en optimaliseren van geriatrische revalidatiezorg. Zo heeft onderzoek in de netwerken ertoe geleid dat de toepassing van vrijheidsbeperkende maatregelen in verpleeghuizen sterk is gereduceerd en dat onbegrepen gedrag bij mensen met dementie adequaat wordt aangepakt door zorgverleners.