Over winstuitkering in de zorgsector is de afgelopen jaren veel discussie geweest. Verschillende partijen in de Tweede Kamer hebben het kabinet gevraagd om nieuwe regels. Volgens de ministers De Jonge en Bruins en staatssecretaris Blokhuis van VWS is er echter veel onduidelijk over de wenselijkheid, het belang en de effecten van winstuitkering. Zij gelasten daarom een onderzoek alvorens met eventuele nieuwe wetgeving te komen. De bewindslieden schrijven dit in een brief aan de Kamer.
In het najaar van 2017 laaide de discussie over winstuitkering in de zorg op. Winstuitkering is onder de Wet toelating zorginstellingen (WTZi) verboden. Uit onderzoek van het Financieele Dagblad bleek echter dat zorgaanbieders met creatieve bv-constructies het verbod omzeilen. De aanbieder contracteert de zorg met een stichting die een WTZi-vergunning heeft. Die besteedt de uitvoering daarvan weer uit aan een bv die niet onder het winstverbod valt, maar wel dezelfde eigenaar heeft. Onder meer privéklinieken, maar ook instellingen in de ggz, de gehandicaptenzorg en de thuiszorg zouden de bv-constructie toepassen.
Toezichthouders kunnen niet ingrijpen omdat de constructie niet bij wet verboden is. GroenLinks stelde daarop voor om het verbod op winstuitkering uit te breiden naar alle organisaties die feitelijk zorg aanbieden, dus ook naar bv’s die als onderaannemer diensten verlenen. Minister Bruno Bruins (Medische Zorg) schreef daarop aan de Kamer dat hij het gebruik van deze constructies wilde aanpakken. Hij zou nog laten onderzoek hoe dat het beste kon.
Extramuraal
De huidige regelgeving maakt ook onderscheid tussen intramurale en extramurale zorg. Bij de eerste is winstuitkering verboden, bij de tweede niet. Een scheiding die het huidige zorglandschap, waarbij extramuralisering wordt aangemoedigd, geen recht doet, vindt de Kamer. Een motie van het CDA om ook winstuitkering in de extramurale langdurige zorg te verbieden werd in januari 2017 al aangenomen. Toenmalig minister Schippers van Volksgezondheid liet het aan een nieuw kabinet om hierop te reageren.
De huidige bewindslieden op VWS wijzen erop dat een verbod op winstuitkering op delen van de zorgsector ook nadelige gevolgen kan hebben. Zo kunnen aanbieders van medisch-specialistische zorg geen risicodragend kapitaal aantrekken, omdat zij daarover op grond van het huidige winstverbod geen vergoeding mogen betalen, terwijl juist deze aanbieders in potentie een grotere behoefte hebben aan alternatieve financieringsbronnen naast bijvoorbeeld bankleningen. Mede in het kader van het Hoofdlijnenakkoord medisch-specialistische zorg en de ontwikkeling naar ‘de juiste zorg op de juiste plek’ zijn investeringen nodig in onder meer innovaties en ICT die mogelijk minder aantrekkelijk zijn voor banken om te financieren dan bijvoorbeeld vastgoed, aldus de ministers en staatssecretaris.
Specialisten
Het winstverbod is tot slot een van de grootste belemmeringen voor participatie van medisch specialisten in ziekenhuizen, zo bleek uit onderzoek van accountantskantoor Ernst & Young in opdracht van destijds demissionair minister Schippers. Schippers wilde dat specialisten hetzij in loondienst zouden gaan bij ziekenhuizen, hetzij als aandeelhouder van het ziekenhuis zouden worden. Door het winstverbod zouden de meeste vrijgevestigde medisch-specialisten vooralsnog kiezen voor het model waarbij ziekenhuis en medisch specialistisch bedrijf (MSB) een opdrachtgever-leverancier-relatie aangaan.
VWS wil nu laten onderzoeken in welke mate winstuitkering door zorgaanbieders al plaatsvindt. Daarnaast moet uit het onderzoek duidelijk worden wat het effect is van regels over winstuitkering op de mogelijkheden van zorgaanbieders om financiering aan te trekken. Verder moet duidelijk worden wat de effecten zijn van winstuitkering op de betaalbaarheid, kwaliteit en toegankelijkheid van zorg. Tot slot moet het onderzoek zich richten op de juridische aspecten. “Het al dan niet mogen uitkeren van winst (..) raakt aan het eigendomsrecht in het Europees Verdrag tot bescherming van de Rechten van de Mens en de Fundamentele Vrijheden (EVRM) en het vrije verkeer volgens het Verdrag betreffende de werking van de Europese Unie (VWEU). Noodzaak en proportionaliteit van overheidsingrijpen behoeft onderbouwing”, aldus de bewindslieden.
VWS vraagt de (branche)organisaties in de zorg om een duit in het zakje te doen en hun visie op winstuitkering door zorgaanbieders en op de bovengenoemde aspecten te delen. Uiterlijk begin 2019 willen de De Jonge, Bruins en Blokhuis de Kamer informeren over de uitkomsten van het onderzoek en hun conclusies.