Voor een deel van de patiënten die bij de huisarts komen, ligt de oplossing niet in het medische domein. Daarom is Welzijn op Recept in het leven geroepen, een landelijk concept waarbij de huisarts patiënten naar een welzijnscoach of dorpsondersteuner verwijst.
Winst voor zorgkantoor
In de periode november en december 2022 zijn via vraaggesprekken met huisartsen en welzijnscoaches de effecten van het programma op zorggebruik in kaart gebracht. “Hoewel die effecten verschillen van praktijk tot praktijk, is er brede overeenstemming dat Welzijn op Recept het gebruik van huisartsenzorg en ggz vermindert en dat het soms zelfs leidt tot uitstel van opname in het verpleeghuis”, aldus Welzijn op Recept. Binnen het onderzoek zijn twee scenario’s uitgerekend voor de kostenbesparing waarbij de kostenbesparing ligt tussen de 5 en 10 procent. Soms leidt het concept tot méér gebruik van wijkverpleegkundige zorg en dagbesteding. “Maar hierdoor kunnen ouderen langer verantwoord thuis blijven wonen.”
De financiële besparingen gelden vooral voor de zorgkantoren en zorgverzekeraars. Voor gemeenten is Welzijn op Recept een kostenpost, aldus het onderzoek. “Zij betalen voor het extra welzijnswerk. Dit schottenprobleem vormt een belemmering voor verdere uitrol en optimalisering van Welzijn op Recept.” Daarom pleit het initiatief voor domeinoverstijgende financiering.
Lees ook: Zo vormt Welzijn op Recept de brug tussen de huisarts en burgerinitiatieven
Peter Koopman
“Wel-zijn” ( “gezond-zijn” ) op recept gaat over bekostiging van coaching door zorgverzekeraar en dus “ op recept” door geneeskundige. Nu “sport” en “armoedebestrijding” en “voedselbank” en “?” nog “op recept” medicaliseren, toch? Huidig VWS budget is een voorbeeld van een containerbegrip en bevat vele posten, zeker niet allemaal terug te brengen tot “op geneeskundig recept verstrekt”. Voorheen werd de 1e lijn gezondheidszorg ( niet “volksgezondheid” ; vgl GGD, schoolverpleegkundige, tbc bestrijding etc.) gevormd ( qua inhoudelijke samenwerking; niet de bekostiging ) met wijkverpleging, kraamzorg, huisartsengeneeskunde, tandheelkunde, apotheek en medisch maatschappelijk werk: een “goede oude tijd”. Wat is er nu verbeterd?