Ruim zeven van de tien woningcorporaties is op dit moment niet goed voorbereid op de toenemende vergrijzing en de stijging van het aantal bewoners met een lichamelijke of verstandelijke beperking. Dit blijkt uit onderzoek van CorporatieNL onder een kleine tweehonderd bestuurders, managers en medewerkers van woningcorporaties, adviesorganisaties en leveranciers.
Negen van de tien corporaties geeft aan dat minder dan 60 procent van haar vastgoed al geschikt is voor het langer zelfstandig wonen. Mede om deze reden zegt 71 procent de komende jaren fors in de toekomstbestendigheid van haar woningbezit te gaan investeren. Toch zegt 62 pocent moeite te hebben met de financiering van aanpassingen aan de woningen. In meer algemene zin houdt driekwart van de corporaties in haar strategische plannen rekening met de veranderingen bij haar doelgroep, zo leert het onderzoek.
Slechte samenwerking
In Nederland woont 1 op 3 de huishoudens in een corporatiewoning. Doorgaans is de zorgbehoefte van deze groep groter dan bij andere huishoudens. Daarbij zijn corporaties door de bezuinigingen van de afgelopen jaren flink afgeslankt. Om hun maatschappelijke taken goed te kunnen blijven uitoefenen moeten zij meer samenwerken met andere organisaties. Dat deze samenwerking voor verbetering vatbaar is blijkt uit het feit dat 39 procent de samenwerking tussen corporatie, gemeente en zorg- en welzijnsinstellingen als slecht ervaart.
Nieuwe techniek
Van de nieuwe technologische ontwikkelingen verwachten de corporaties vooralsnog niet veel. Nog geen kwart (23 procent) denkt dat technologie in de toekomst de meeste taken overneemt op het terrein van wonen en zorg. Ongeveer één op de drie corporaties wil investeren in digitale technieken om in te spelen op de veranderingen bij haar doelgroep. Om de problemen die uit de enquête naar voren komen te adresseren houdt CorporatieNL op 10 oktober in Utrecht een groot congres rond het thema Wonen en Zorg.