De wachttijden in ziekenhuizen zijn het afgelopen jaar langer geworden. Het duurt vaak langer dan de Treeknorm van maximaal vier weken voordat een patiënt een specialist te zien krijgt. Dat meldt BNR op basis van cijfers van onderzoeksbureau Mediquest.
In 2014 was de gemiddelde wachttijd bij ziekenhuizen minder dan drie weken. Momenteel lopen vooral buiten de randstad de wachttijden op. Bij het specialisme oogheelkunde moet een patiënt gemiddeld meer dan negen weken wachten.
Volgens Jon Schaefer, directeur van onderzoeksbureau Mediquest, zijn de langere wachttijden het gevolg van een combinatie van factoren: zorg is niet altijd planbaar en het aantal specialisten is niet rekbaar. Bovendien wordt er onvoldoende samengewerkt tussen ziekenhuizen. Ziekenhuizen nemen bij dringende gevallen wel maatregelen, maar bij minder spoedeisende zaken moet de patiënt wachten, stelt Schaefer.
Concurrentie
De wachttijden zijn niet in elke regio hetzelfde. In Den Haag en in Groningen/Drenthe wachten patiënten het langst op een bezoek aan een specialist. “We zien dat daar toch meerdere ziekenhuizen zijn, dus er is toch wel wat concurrentie. Aan de andere kant zie je dat de fusies van ziekenhuizen daar misschien ook invloed heeft”, aldus Schaefer bij BNR.
In Amsterdam en Zeeland wordt de patiënt het snelst geholpen, de gemiddelde wachttijd is hier net iets meer dan drie weken.