Het ziekteverzuim in de zorgsector was tijdens het eerste kwartaal van 2021 gemiddeld 7,56 procent. Dat blijkt uit de gegevens van drieduizend instellingen in de ggz, gehandicaptenzorg, vvt en ziekenhuizen, die onderzoeksbureau Vernet verzamelde. Dit is exclusief werknemers die in thuisquarantaine zitten of wachten op een covid-19-testuitslag.
Het landelijke zorgbrede verzuimpercentage in de maand maart komt uit op 7,41, een daling van 10,1 procent ten opzichte van een jaar terug. Dat betekent dat in de maand maart dagelijks ongeveer 69 duizend werknemers niet inzetbaar waren.
Vvt hoogste stijging
Het verzuim in de vvt-sector is met 2,3 procent gegroeid ten opzichte van het eerste kwartaal in 2020. Toen was het verzuim 7,39 procent. In 2019 was het nog lager: 6,74 procent. Vernet constateert dat in alle branches in de zorg het verzuim stijgt, behalve in de ggz. In de vvt is het verschil tussen dit jaar en vorig jaar het grootste, daar waren dit jaar 14 procent meer mensen ziek dan in het eerste kwartaal van 2020.
Landelijk: daling
Het verzuim in de zorgsector laat een andere trend zien dan het verzuim in andere sectoren in Nederland, blijkt uit cijfers van de Arbo Uni. Afgelopen jaar steeg het ziekteverzuim vanwege de coronapandemie maar over de hele bevolking lijkt het hoge ziekteverzuim weer iets af te nemen.
Psychisch verzuim
De Arbo Uni laat ook zien dat de coronacrisis aanvankelijk voor meer psychisch verzuim zorgde. In de tweede helft van 2020 normaliseerde dat en kwamen er een normale verdeling van verzuimoorzaken.
Rugklachten
Ook uit deze cijfers blijkt dat het in de zorgsector het verzuim in het eerste kwartaal van 2021 onverminderd hoog is. In 2020 registreerde Arbo Unie in zorginstellingen 40 procent meer verzuimdagen dan het jaar daarvoor. Dit komt door de hoge werkdruk in coronatijden, zegt Corné Roelen, bedrijfsarts en bijzonder hoogleraar Verzuim en Werkfunctioneren in Groningen. “We zien dat die hoge werkdruk zich in eerste instantie vertaalde in relatief meer psychisch verzuim. Maar naarmate de werkdruk aanhoudt, zien we dat ook lichamelijke klachten met name rugklachten en nek/schouderklachten toenemen.”
Roelen adviseert werkgevers om de mentale gezondheid van hun medewerkers goed in de gaten te houden. “In tijden van crisis en stress lukt het mensen vaak best redelijk om ‘op adrenaline’ te blijven functioneren. Als de situatie dan weer normaliseert, slaan vermoeidheid en uitputting toe.”
Peter Koopman
Verzuim door hoge werklast onverminderd hoog! Enerzijds is daaraan nu weinig te veranderen, het gevolg van eerder beleid ( onbeschermd moeten werken, pandemie niet onder de knie, perspectief op beter mistig enz.), maar ook factoren als bedrijfskundige (procesmatige) invalshoeken op het werk en “dienstlijst” van verpleegkundigen en verzorgenden, gebrek aan affiniteit met en kennis van de inhoud van hun professie (verpleging, verzorging, behandeling en begeleiding) speelt bestuurders parten. Ook de huidige CAO koorts loopt op: passende honorering van deze beroepen bij aanvang en qua uitloop, in lijn met het generalistisch karakter van deze basisberoepen ( branche-overstijgend, geen verschillen per branche ), gegroeid wantrouwen in betrouwbaarheid beslissers ( applaus, bonusgedoe, TK besluiten, uitwijk keuze tot “pauzenummer” SER advies enz.), helpen niet om ondanks de ervaren werkdruk, weer de “schouders er onder te zetten”. Zo bezien zou de wijze Rijks-informateur ook hier misschien een aanzet tot herstel kunnen bewerkstelligen.