Zorgverzekeraars vinden het nog te vroeg om de geestelijke gezondheidszorg (ggz) volledig risicodragend te gaan uitvoeren. Volgens branchevereniging ZN is de kwaliteit van de ex ante modellen voor risicoverevening nog onvoldoende om zorgverzekeraars vanaf 2017 verantwoord volledig risico te kunnen laten lopen.
Het huidige model voor de risicoverevening achteraf is met name onvoldoende in staat om de hoge kosten van de groep patiënten met ernstige psychiatrische aandoeningen (EPA) te compenseren. ZN vraagt de minister de hoogste prioriteit te geven aan onderzoek naar verbetering van de compensatie voor de zogenoemde EPA-groep.
ZN doet de oproep in een brief aan de Tweede Kamer, die op 22 juni spreekt over de risicoverevening. Zorgverzekeraars krijgen met een risicovereveningsbijdrage compensatie voor verschillen in zorgkosten.
Productstructuur
ZN geeft in de brief ook aan dat de productstructuur in de ggz nog in ontwikkeling is en daarmee onvoldoende houvast biedt om de ex ante risicoverevening te ondersteunen. De Nederlandse Zorgautoriteit (NZa) is gestart met een programma voor de ontwikkeling van een nieuwe productstructuur. De beoogde introductiedatum is 1 januari 2019. Deze fasering betekent volgens ZN dat de gegevens pas gebruikt kunnen worden voor het ex ante risicovereveningsmodel voor 2022. Daarnaast is er nog nauwelijks inzicht in de kwaliteit van de ggz via bijvoorbeeld uitkomstindicatoren, waardoor het nog niet mogelijk is om de kwaliteit van zorg te betrekken bij de contractering.
ZN maakt zich dan ook sterk voor een vangnet in de vorm van een bandbreedte-regeling. Binnen die bandbreedte lopen zorgverzekeraars volledig risico, maar de bandbreedte-regeling neemt tevens onoverkomelijke risico’s weg. Een verbreding van de bandbreedte zou afhankelijk moeten zijn van een transparantere productstructuur en beter inzicht in de kwaliteit van de zorg.