Die onderzocht op verzoek van het ministerie van Volksgezondheid of de bekostiging van het mpt, nu gefinancierd vanuit de Wlz, via de wijkverpleging en zo vanuit de Zvw kan lopen. Maar dit zou weinig opleveren, concludeert de toezichthouder. De administratieve lasten en de complexiteit in de uitvoering van het mpt worden niet veroorzaakt vanuit de bekostiging.
Keuzevrijheid
Een belangrijk onderdeel van een mpt is dat cliënten de keuzevrijheid hebben om zorg af te nemen bij verschillende zorgaanbieders. De cliënt mag bijvoorbeeld ook afzien van delen van de zorg en heeft de mogelijkheid om zelf zorg in te kopen via pgb. Maar per cliënt geldt een kostengrens die het zorgkantoor moet bewaken. Die moet ook beoordelen of de zorg in de thuissituatie doelmatig en verantwoord kan plaatsvinden. Het zorgkantoor moet de uitgaven op cliëntniveau verantwoorden.
De behoefte aan informatie die hierdoor in de praktijk ontstaat komt bij de zorgaanbieder terecht, ziet de NZa. In een rekenmodule en een adviesformulier moeten die zorgaanbieders informatie aanleveren om de kostengrens per cliënt te bewaken en om te beoordelen of de zorg doelmatig en verantwoord is. Maar doordat cliënten dus bij verschillende zorgaanbieders zorg kunnen afnemen, zouden die ook moeten samenwerken in de informatievoorziening, iets dat niet altijd vanzelfsprekend is.
Zorgkantoren zijn over het algemeen wel positiever dan zorgaanbieders over mpt omdat het goedkoper is en de mogelijkheid biedt om flexibel op of af te schalen. Vereniging Spot, belangenbehartiger voor kleine en kleinschalige thuis- en woonzorgorganisaties, merkt op dat met het pgb-deel binnen een mpt-pakket het mogelijk is om mantelzorgers financieel te ondersteunen.
Onduidelijkheid over eigen bijdrage
Het CAK ziet juist weer nadelen. Die moet met de gegevens van de cliënt een maandelijkse eigen bijdrage achteraf bepalen op basis van het gerealiseerde aantal uren. De daarvoor benodigde gegevens zijn pas laat beschikbaar bij het CAK. Dit kan grote impact hebben op de cliënten; zij blijven lange tijd in onzekerheid over de definitieve vaststelling van de eigen bijdrage.
Cliënten op hun beurt kiezen niet bewust voor een leveringsvorm, maar voor een zorgaanbieders. De cliënt weet bijvoorbeeld niet altijd dat een zorgaanbieder niet alle zorgvormen binnen het mpt kan aanbieden en moet dan opeens ergens anders de zorg afnemen. Naasten moeten dan de regie houden, maar ook niet kennen alle regelingen soms niet.
Stapeling aan regelgeving
“Nu het mpt met een stapeling aan regelgeving in het stelsel is opgenomen, is de consequentie dat complexiteit in de uitvoering en hoge administratieve lasten inherent zijn aan de leveringsvorm mpt”, aldus de NZa.
De toezichthouder ziet dat zorgaanbieders daarom ook meer inzetten op een volledig pakket thuis (vpt). Hierbij wordt alle zorg geleverd door één zorgaanbieder en heeft de cliënt dus geen keuzemogelijkheden om bepaalde zorg wel af te nemen. In 2023 groeide het volume in mpt weliswaar met 6 procent, maar de groei in vpt was met 18,5 procent veel groter. Een vpt-pakket aanbieden is ook financieel aantrekkelijker voor zorgaanbieders.
De NZa waarschuwt zorgaanbieders zich niet rijk te rekenen. “Het is niet uit te sluiten dat bij een eerstvolgende tariefherijking de vpt-tarieven zullen dalen als gevolg de ontwikkeling waarbij delen van het pakket niet worden geleverd, en lager geschoold personeel wordt ingezet om meer welzijn, en minder zorg te bieden binnen het vpt.”