© PeopleImages / Getty Images / iStock
“Discriminatie op de werkvloer is soms moeilijk te herkennen en mensen niet altijd hoe ze het beste kunnen reageren”, schrijven de auteurs van het rapport. Movisie wil met dit rapport als uitgangspunt een tool ontwikkelen waarmee beoordeeld kan worden of gedrag op de werkvloer discriminatie is. Het geeft tevens de handvatten om passend te reageren. Deze tool moet gebruikt kunnen worden voor slachtoffers, omstanders en leidinggevenden.
Ingrijpen
De werkgever is verantwoordelijk om sociale veiligheid op de werkplek te garanderen, door in te zetten op preventie en maatregelen te nemen bij incidenten. Uit gesprekken met zorgmedewerkers en uit de literatuur blijkt dat zorgprofessionals worstelen met passend reageren. Het rapport geeft alvast verschillende scenario’s en inzichten. “Afhankelijk van de context, relatie en machtsverhouding kun je bepalen hoe je ingrijpt. Uiteindelijk is ingrijpen bij discriminatie een gezamenlijke verantwoordelijkheid van iedereen op de werkvloer; leidinggevenden, collega’s en vertrouwenspersonen”, aldus Daru.
Probleem binnen zorgsector
Het ervaren van discriminatie op de werkvloer blijkt een van de redenen voor zorgprofessionals om hun organisatie te verlaten. Uit onderzoek komt naar voren dat witte collega’s ruilen van dienst om niet met een collega van kleur samen te hoeven werken. En dat zorgmedewerkers van kleur minder kans krijgen op een goed salaris of het volgen van een opleiding.
Discriminatie herkennen
Uit het onderzoek blijkt dat discriminatie op de zorgwerkvloer verschillende vormen kan aannemen. Zo kan er sprake zijn van subtiele, openlijke en onomwonden discriminatie, waaronder microagressies. Maar het kan ook institutioneel zijn, of juist interpersoonlijk. Er kan alledaagse discriminatie spelen wanneer iemand vaak oneerlijk behandeld wordt, zonder dat dit bewust gebeurt. Ook onbeleefd gedrag kan een (subtiele) vorm van discriminatie zijn. Iedere vorm vraagt om een andere aanpak.
Machtsverhoudingen
“Machtsverhoudingen binnen een organisatie kunnen maken dat ongelijke behandeling grote gevolgen heeft. Daarnaast is het goed om er bewust van te zijn dat opvattingen historisch gegroeid zijn, maar daarom niet minder kwetsend. Zo werken slavernij en ons koloniale verleden nog steeds door, net als opvattingen over de (on)gelijkheid van mannen en vrouwen”, schrijft onderzoeker Saskia Daru.
“Mensen worden gediscrimineerd om bepaalde kenmerken, zoals hun leeftijd, afkomst of beperking. Dat is niet altijd zo duidelijk zichtbaar voor mensen die zelf een andere leeftijd of afkomst hebben of die zelf geen beperking hebben. Of discriminatie wel of niet opzettelijk is, maakt voor degene die wordt gediscrimineerd niet altijd iets uit. Maar om maatregelen te treffen om discriminatie te stoppen, maakt het wel uit of je te maken hebt met onbewust of bewust gedrag.”
Het is volgens de onderzoekers dan ook belangrijk om naar de context te kijken.