De man is schuldig aan de dood van de jongen, oordeelt de rechtbank, die bij het opleggen van de straf en het beroepsverbod de eis van het Openbaar Ministerie volgde.
Het slachtoffer was volledig afhankelijk van zorg en kon niet praten. De zorgverlener deed de jongen op de bewuste ochtend in bad nadat diens pleegmoeder- en zus de woning in Steenbergen hadden verlaten.
Trainingen
De man zag dat de huid van de jongen rood kleurde, liet daarop het bad leeglopen en vulde het vervolgens met lauw water. Omdat er vellen van de benen van de jongen afkwamen, haalde hij hem uit het bad en legde hem op bed. Hij belde vervolgens de pleegmoeder, die de jongen ernstig verbrand onder een paar handdoeken aantrof. De pleegzus belde daarop 112. Volgens de rechtbank heeft de man de brandwonden ook niet op de juiste wijze gekoeld.
De Inspectie Gezondheidszorg en Jeugd (IGJ) heeft na meerdere onderzoeken bij de man aangedrongen op het treffen van maatregelen, zoals het volgen van trainingen in noodsituaties. Het eerste onderzoek van de inspectie liep al voor dit incident, stelt de rechtbank vast. Met de adviezen van IGJ heeft hij niets gedaan, wat volgens de rechtbank het maximale beroepsverbod rechtvaardigt.
De opgelegde taakstraf bedraagt 180 uur, de voorwaardelijke celstraf twee maanden. Ook moet de man bijna 80.000 euro aan schadevergoeding betalen. (ANP)