Het is lastig kiezen welk aspect dit project het meest inspirerend maakt. De nieuwe werkwijze, de verantwoording aan gemeenten, of is het de manier waarop De Noorderbrug haar specialistische begeleiding voortaan duidelijk van de generalistische weet te onderscheiden?
Zorginstelling De Noorderbrug biedt zorg en begeleiding aan mensen met aangeboren of niet-aangeboren hersenletsel (NAH), doven met complexe problematiek en mensen met neurologische aandoeningen zoals de ziekte van Huntington. Door de invoering van de WMO leek het erop dat een deel van de extramurale activiteiten niet lang meer kostendekkend zou kunnen worden uitgevoerd. De toegevoegde waarde van specialistische, ten opzichte van generalistische begeleiding bleek aan gemeenten lastig uit te leggen. Tijd om actie te ondernemen. Samen met organisatieadviesbureau P5COM werd een transitie ingezet om de dienstverlening nog beter toe te spitsen op de specifieke vraag van cliënten, hun netwerk en de vraag van de gemeenten. De basis hiervan is een goed startgesprek tussen cliënt, zijn netwerk en de begeleider.
Startgesprek
In een startgesprek kijkt een medewerker met de cliënt en mogelijk ook met naasten welke ontwikkelmogelijkheden en -wensen er zijn. Om het startgesprek bij iedereen in goede banen te leiden, worden de medewerkers speciaal getraind. De training is ontwikkeld door het projectteam, in samenwerking met gedragswetenschappers. Lucretia Hagenauw, taskforcelid van het projectteam, legt uit: “Het is zoeken naar het niveau van iedere cliënt. Je kijkt wat er sinds het hersenletsel is gebeurd; is iemand gerevalideerd? Is iemand nog leerbaar en gemotiveerd? Zo ja, dan gaan wij eerst behandelen aan de hand van de bouwstenen van Hersenz – voor behandeling van mensen met NAH. Vervolgens ga je kijken of iemand door kan naar de begeleiding. Doel is zelfredzaamheid en participatie van de cliënt op zijn niveau.”
Verder helpen
Waar zit het verschil met vroeger? Lucretia Hagenauw legt uit: “We werken nu meer methodisch en doelgericht. Alle cliënten krijgen een startgesprek, ook degenen die al tien jaar door ons worden begeleid. Dat is soms lastig en er is ook angst, omdat er misschien wel nieuwe dingen van cliënten zullen worden gevraagd. Vroeger was dit de plek voor mensen waar hun ziektebeeld herkend werd, en waar we wisten hoe we daarmee om moesten gaan. Maar nu kijken we ook heel precies naar ieders valkuilen en talenten. Alleen als je de juiste hulp biedt, kan de cliënt zijn doelen halen. Zodat hij of zij weer verder kan.”
Break-outs
Uitgaand van de methodiek van Hersenz is een vorm van begeleiden ontworpen die antwoord geeft op de vraag van de cliënten en de maatschappij. Wat is de plaats van specialistische begeleiding op de weg naar participatie en zelfredzaamheid? Waar specialistische behandeling vaardigheden aanleert, is de specialistische begeleiding er om de cliënt de gelegenheid te geven het aangeleerde te oefenen en zo veel mogelijk te koppelen aan de praktijk. Sleutel tot het succes van De Noorderbrug bleek het ontstaan van break-out sessies. Doordat de groepen voorheen groot waren en daardoor ook divers, was het lastig om cliënten echt op maat te bedienen. Een ander probleem dat speelt bij de cliëntenpopulatie is dat deze beperkt is in beschikbare energie. In een sessie van drie of vier uur in een groep van tien à twaalf mensen is het bijvoorbeeld lastig om individuele vooruitgang te boeken. De nieuwe programma’s gaan uit van 26 of 52 wekelijkse bijeenkomsten van drie tot vier uur, met in totaal tien à twaalf cliënten. Tijdens die bijeenkomst vinden break-out sessies plaats van maximaal een uur, waar in een kleinere groep van gelijkgestemden specifieke vaardigheden intensief worden geoefend.
Eigen model
Bijna belangrijker dan de nieuwe structuur zelf, is de manier waarop deze door de organisatie wordt gedragen. Esther Liefers, manager en adviseur transitie, vertelt: “Wij wilden dit samen met P5COM doen, volgens het ’train de trainer’-principe. Met interne procesbegeleiders die als collega’s de professionals meenemen, omdat dat de enige manier is waarop het werkt. Wat mij daarbij positief heeft verrast, was de snelheid waarmee Sander Spijker en Isabel Hagendoorn van P5COM in de gaten hadden wat de organisatiecultuur is, hoe snel ze wisten wat er nodig was om de vraag van het management team te kunnen beantwoorden, en hoe makkelijk de verbinding met onze procesbegeleiders en professionals tot stand is gekomen. Waardoor het ook echt iets is geworden dat van De Noorderbrug is, en niet van P5COM. Het model is ontwikkeld met, van en voor De Noorderbrug. Iets anders wat me heeft verrast, is dat de professionaliteit die in huis was, op een hoger niveau is getild.” – Begeleider Alie Maaike Nagelhout valt in: “Toen ik hier werd aangenomen in januari, zag ik bevlogen mensen, maar ik miste het specialisme. Naarmate het project vorm kreeg, kwam de kennis binnen de organisatie veel meer op z’n plek.” – Begeleider Petra Simon vult aan: “Ik denk dat het goed is geweest dat wij als medewerkers zijn uitgedaagd, maar ook zeker dat de cliënten zijn uitgedaagd, die komen meer in hun kracht. Dat zie ik ook in ons team: ieder pakt z’n stukje. Cliënten leer je kennen op een andere manier dan als we gewoon door waren gegaan. Wat we deden was niet verkeerd, mensen waren tevreden omdat het gezellig was, maar: dat wás het.” – Esther Liefers legt uit: “Het was veilig, hier was kennis over hersenletsel. We zorgden vóór, in plaats van dat we zorgden dát. ‘Kan ik nog ietsje verder worden geholpen?’ Dat was minder aan de orde.”
Meetbaar niveau
Hoe help je cliënten dan verder en hoe meet je hun niveau? – Hagenauw legt uit: “Niet-aangeboren hersenletsel heeft in 70% van de gevallen tot gevolg dat het sociale netwerk ernstig wordt aangetast. Hersenletsel treft ook de mensen eromheen. Daarom is het ook zo belangrijk dat we met een netwerkkaart inzichtelijk maken wie deel is van het netwerk van de cliënt. De rol van zo’n netwerkkaart is dat je er in alle transparantie met elkaar over praat. Daarnaast brengen we met de zelfredzaamheidsmatrix in kaart wat een cliënt nog allemaal zelf kan. De gemeente heeft er belang bij dat de mensen het thuis redden met elkaar. Dus het is ook met de gemeente een spel van laten zien waar de problemen liggen en vertellen wat jij daar als specialist aan kunt doen. En transparant zijn in de programma’s die wij hebben: na een jaar evalueren we. Je kijkt of het netwerk is vergroot, je vult opnieuw de matrix in en daar komt opnieuw een score uit.”– Esther Liefers vult aan: “Als je gemeenten duidelijk vertelt dat wij er zijn voor de cliënt én voor zijn netwerk, heeft dat meerwaarde. Als iemand zijn netwerk verliest, brengt dat natuurlijk kosten met zich mee, dus wij zijn er zowel voor het burgerwelzijn als voor de financiële kant.”
Nieuwe programma’s
Hoe zijn de nieuwe programma’s gemaakt? Wat kunnen cliënten leren? – Petra Simon vertelt: “We hebben een aantal van onze collega’s vrij kunnen maken om de nieuwe programma’s in te vullen. Vanuit het projectteam zeiden ze: ga het gewoon dóen. Gaandeweg dat proces ga je vanzelf harder lopen omdat je merkt dat het wat oplevert. Er waren cliënten die niet zelfstandig konden reizen met het OV, en die kunnen het nu wel. Een van hen werkt bij de Makro. Daar gaat ze nu met de taxi heen, maar haar bedoeling is om daar gewoon zelfstandig met de bus naartoe te reizen. Dat geeft haar meer vrijheid, oftewel haar zelfredzaamheid wordt vergroot. En dát vind ik leuk om te zien. We vragen de cliënten wat zij daadwerkelijk zouden kunnen en willen leren.” – Alie Maaike Nagelhout vult aan: “Je doet het door het gesprek aan te gaan en je ziet wat het doet met cliënten. Ik heb een cliënt uitgedaagd, hij zit al dertien jaar bij De Noorderbrug. Ik zei: ‘Zou je weer uit je rolstoel kunnen?’ – Nou, hij kon het dan wel bij de fysio, en als hij naar zijn bed moest… Niemand van ons wist dat hij uit de rolstoel kon; ik vond het een geweldige uitdaging. Daarom heb ik de afgelopen zes weken drie keer per week met hem gelopen. Ik heb het hele vitaliteitsprogramma eraan gekoppeld. Gisteren was hij dertien kilo afgevallen. En hij loopt nu vanuit de sport naar de kantine. Het kwam vanuit hemzelf, hij zei: ‘Eigenlijk wil ik het wel weer eens proberen.'” – Esther Liefers vertelt: “Eerlijk gezegd hadden we het zonder dit project met P5COM nooit zo snel voor elkaar gekregen.” – Lucretia Hagenauw vult aan: “Ik denk dat dat het ook is, het is gewoon anders kijken. Samen met de cliënt bespreken: waar zijn de uitdagingen, wat zijn je kansen? Mensen moeten daaraan wennen, – Begeleider Erwin de Vegt vult aan: “En je ziet dat ze elkaar als groep ook uitdagen. Wat ik zie gebeuren is dat mensen die al vijftien jaar meedraaien, nu opeens toch ook benieuwd worden naar de break-out, omdat ze zien dat daar heel veel gebeurt.” – Alie Maaike Nagelhout vertelt: “Wij hebben een break-out over grip op energie, die gaat bijna aan zijn succes ten onder. We hadden de eerste week vijftien cliënten, de week daarop achttien. Iedereen wil meedoen. Dus nu is ons aandachtspunt: mooi dat het een sneeuwbal wordt, maar hoe gaan we dat goed organiseren?”
Talenten zien
Hoe zien cliënten hun talenten? Zenia Siebe, al jaren bij De Noorderbrug, volgt een module thuisadministratie met break-outs. Gevraagd waarom, legt hij uit: “Mijn ouders hebben niet het eeuwige leven. Voor mij is het belangrijk dat ik een map heb waarin alles op volgorde zit. Als je dan een factuur van de tandarts hebt betaald, kun je die bewaren. Als ze dan maar blijven vragen of je betaalt, maar je hebt al betaald, dan kun je dat bewijzen. Maar ik wil vooral meer leren over verzekeringen.” – Tessa Meijer volgt de modules ‘wat houdt werken in’, ‘reizen met het OV’, ’thuisadministratie’ en ‘horeca’. Want later wil Tessa de retail in. Ze vertelt: “Liefst in een winkel voor parfum en zo. De mensen van de winkel zullen wel denken dat dat lastig wordt. Dus voordat ik solliciteer wil ik alvast een lijst maken van alle dingen waarvan ze bij de winkel zullen verwachten dat het een probleem is. Als ik spullen moet halen waar ik niet bij kan, bijvoorbeeld. Ik wil een lijst maken van geschikte, en ongeschikte taken. In plaats van elke ongeschikte taak, bedenken we dan een geschikte taak voor mij.”
Esther Liefers legt uit: “Het is een paradigma-shift. Voor ons als organisatie, voor onze begeleiders, maar zeker ook voor cliënten. P5COM heeft ons geholpen het nieuwe paradigma te zien en ervan te proeven. Op het moment dat je instapt, wil je niet meer terug.”