Dagvoorzitter Maaike de Vries neemt de deelnemers meteen mee naar de kern van de kwestie: ‘De combinatie chronisch ziek en werk is in Nederland een serieus probleem. Een op de drie werkenden heeft een chronische ziekte. En in veel gevallen heeft die ziekte direct invloed op hun werk.’ Uitval voorkomen is essentieel, stelt ook Dianda Veldman van Patiëntenfederatie Nederland. ‘Werk is inkomen, dat in de eerste plaats. Als mensen uitvallen, merken ze dat meteen in hun portemonnee. Daarnaast kan werk ook zingeving, structuur en afleiding bieden, juist ook voor mensen met gezondheidsklachten. Werk kan soms een soort medicijn zijn.’
Iedereen toegang
In aanloop naar de dialoogsessie schreef de SAG, waar Veldmans federatie deel van uitmaakt, een position paper met oplossingsrichtingen. De eerste is dat de ministeries van SZW en VWS veel beter moeten samenwerken, en zorgen voor voldoende financiering. Veldman: ‘Daarnaast moet de zorg regelen dat het onderwerp standaard een plek heeft in de spreekkamer, zodat onderwerpen als werk, werkbehoud of -instroom de aandacht krijgen die ze verdienen. En ten slotte moeten mensen die nu geen toegang hebben tot een bedrijfsarts, die toegang wel krijgen.’
Dit is iets wat Frank Alfrink, voorzitter van ZZP Nederland onderschrijft: ‘Bij de huisarts zou het gesprek over werk eenvoudig kunnen starten met de vraag ‘wat doe je voor werk?’. Soms is vervolgens arbeidsgeneeskundige hulp nodig om de vertaalslag naar een advies of verwijzing te maken. ZZP’ers maken nu nauwelijks gebruik van preventie- of re-integratiedienstverleners omdat het niet vergoed wordt.’ Allround bouwvakker Danny Steenbergen bijvoorbeeld. Steenbergen heeft een longaandoening en vertelt: ‘Ik werk met gips, beton, tweecomponenten coatings. Daar worden de klachten alleen maar erger van. Ik ben soms zo benauwd, dat ik eigenlijk thuis zou moeten blijven. Maar ja, ik ben ZZP’er, dus dat kan niet.’ Steenbergen had graag iemand gehad die met hem mee kon kijken op werk. En vooral: die kon meedenken over de financiële kant van de zaak. Maar een bedrijfsarts heeft hij niet als ZZP’er.
Gamechangers in de zorg
Het kán ook anders. En dat gebeurt ook in de praktijk. Zo wordt bij Defensie geïntegreerde zorg verleend door Medische Zorgteams. In zo’n team werken militair artsen, huisartsen en bedrijfsartsen direct samen. Dat is uniek in Nederland. Ernst Verhulst, bedrijfsarts bij Defensie: ‘Wij kijken meteen mét elkaar wat de impact van een klacht is op iemands werk en privé. Een civiele huisarts kan ook wel overleggen met een bedrijfsarts, maar dat gaat allemaal via brieven. Bij Defensie zitten we letterlijk naast elkaar. We schakelen meteen door naar een inzetbaarheidsadvies. We werken met één loket en één dossier.’
In de chat buitelen de positieve reacties inmiddels over elkaar heen. De meerwaarde van samenwerking wordt breed herkend. Maar een probleem is er ook: structurele financiering.
Dat merkt bijvoorbeeld Desiree Dona, die als klinisch arbeidsgeneeskundige bij RadboudUMC al jaren werkt aan manieren om arbeid als integraal behandeldoel te positioneren. Haar aanpak is succesvol gebleken en ze kent intussen de uitdagingen én de oplossingsrichtingen, zoals de inzet van klinisch arbeidsgeneeskundigen. Maar in haar projecten loopt ze steeds tegen hetzelfde aan: een gebrek aan structurele financiering.
Net als Hanna Kuiper – Van der Valk longarts in het Franciscus Gasthuis, die een pilot deed om werkgerelateerde longziekten beter te detecteren. En die daarmee in een half jaar tachtig patiënten boven water kreeg, die ze anders gemist had. Haar pilot zou ze liefst landelijk uitrollen. ‘Maar voor dat soort initiatieven ontbreekt ook de structurele financiering. Dat moet echt anders.’
Ken je patiënt
Bij De Vries zijn inmiddels twee Tweede Kamerleden aangeschoven: Marijke van Beukering van D66, en Jacqueline van den Hil van de VVD. Zij horen de verhalen van werkenden, zorgverleners, en patiënten. Die schetsen allemaal een zelfde beeld: het systeem werkt niet zoals het zou moeten. Marike Schooneveldt van de FNV vertelt: ‘Werknemers gaan vaak eerst naar de huisarts als ze klachten hebben. En we horen vaak genoeg dat die überhaupt niet weet wat iemand voor werk doet. Het is gewoon geen onderwerp in de spreekkamer.’
Huisarts Kees de Kock beaamt dat: ‘Veel huisartsen ervaren elke dag een gebrek aan aandacht en tijd voor hun patiënt. Ze zitten al hartstikke vol, en dan dreigt er ook nog een tekort aan huisartsen.’ Erik Sprong van de Nederlandse Vereniging voor Arbeids- en Bedrijfsgeneeskunde ziet ook een probleem aan de kant van bedrijfsartsen: ‘Er moeten elk jaar 250 bedrijfsartsen bijkomen, maar op dit moment zijn er niet eens 250 in opleiding als je alle studiejaren bij elkaar optelt. Dat komt ook omdat de opleiding tot bedrijfsarts commercieel gefinancierd moet worden, en de arbodiensten te weinig investeren. Dit moet je niet van de markt af laten hangen, er moeten opleidingsfondsen komen waarbij SZW meebetaalt.’ De Kock: ‘De tekorten maken het extra belangrijk voor bedrijfsartsen en huisartsen om beter samen te werken. Maar ze opereren nu echt in gescheiden stelsels.’
Hans in ’t Veen en Roel Masselink, van respectievelijk Long Alliantie Nederland en de Nederlandse Federatie van Kankerpatiëntenorganisaties, zien het belang van het opheffen van die scheiding ook. Sterker nog: dat moet gewoon nú. In ’t Veen: ‘Dit hadden we tien, vijftien jaar geleden aan moeten pakken. We hebben inmiddels echt genoeg gepraat en genoeg pilots gedraaid. Het is tijd om het onderliggende stelsel aan te pakken.’ Masselink: ‘Werk moet voor iedereen in de werkzame leeftijd een structureel onderdeel worden van het behandelplan. En daar moet structureel tijd en geld voor komen.’
De deelnemers volgden de discussie in de chat op de voet, en kijken terug op een geslaagde bijeenkomst. ‘Goed dat dit nu eindelijk eens zo helder aangekaart wordt’, valt er te lezen. En dat vinden ook de beide aanwezige Kamerleden. Natuurlijk kunnen ze niet beloven dat de wereld morgen anders is. Maar ze beloven wél dat ze de ministeries aan gaan sporen serieus werk te maken van de samenwerking, en te kijken wat er financieel mogelijk is.
Deze dialoogsessie was een initiatief van de Samenwerkende Organisaties Arbeid & Gezondheid: Patiëntenfederatie Nederland, Long Alliantie Nederland, Nederlandse Federatie van Kankerpatiëntenorganisaties en de Vereniging voor mensen met Constitutioneel Eczeem. De bijeenkomst werd mede mogelijk gemaakt door AbbVie, vanuit de ambitie mensen te helpen fit te zijn voor werk en privéleven en Pfizer. AbbVie en Pfizer hebben geen invloed gehad op de inhoud. |