“Mijn hart ligt bij de patiënt,” zegt Jacqueline van Sterkenburg, hoofd Clinical Operations bij Roche. “In ons werk zijn we continu bezig voor de patiënten van de toekomst. De klinische studies die wij samen met ziekenhuizen en onderzoeksinstellingen uitvoeren, zijn letterlijk van levensbelang. Daar werk ik voor.
Als leidinggevende van de afdeling ben ik ervoor verantwoordelijk dat de studies ethisch en in overeenstemming met de wet- en regelgeving worden uitgevoerd. Tegelijk denk ik met mijn collega’s binnen de medische afdeling na over de strategie voor de toekomst. Er gaat de komende jaren heel veel veranderen, verwacht ik.”
Researchverpleegkundige
Van origine ben ik verpleegkundige. Ik ontwikkelde mij tot researchverpleegkundige, omdat ik onderzoek uitdagend vond. Door het hele land heen ondersteunde ik ziekenhuizen bij het opzetten en uitvoeren van klinische studies. Ik groeide door tot Clinical Research Associate (CRA). In die rol monitor je of de studies worden uitgevoerd volgens het protocol en volgens alle wet- en regelgeving. Ook denk je mee als een studie om de een of andere reden niet lekker loopt. Bij veel studies gaat het namelijk om (nog) niet-geregistreerde medicijnen die onder verantwoordelijkheid van de ziekenhuisapotheker worden toegediend. Daarom is de veiligheid van de patiënt onze primaire focus. Het volgen van een protocol betekent het afwijken van de standaardprocedure en dat zorgt voor extra risico op fouten. Elke afwijking wordt gedocumenteerd en zorgvuldig geëvalueerd om daarvan te leren.
Innovatie
Wat mij enorm aanspreekt in Roche, is dat we ervoor gekozen hebben ons uitsluitend te richten op innovatie. Het hele bedrijf is erop gericht om medicijnen en diagnostische hulpmiddelen te ontwikkelen voor aandoeningen waar nu nog geen goede behandeling voor is. Als hoofd Clinical Operations ben ik direct betrokken bij de zogenaamde pipeline, door de studies die we uitvoeren. Met onze studies onderzoeken we of de geneesmiddelen echt werken en veilig zijn. Eén van de nieuwste ontwikkelingen is de immuuntherapie. Daarbij wordt het eigen immuunsysteem aangesproken om de tumor te vernietigen. Heel in het kort, de tumor heeft een mechanisme ontwikkeld om onzichtbaar te zijn voor het eigen afweersysteem. Het medicijn maakt het zichtbaar, waardoor het lichaam wel kan reageren. We hebben dit onderzocht voor long- en blaaskanker en onderzoeken nu of het ook werkt bij nier-, borst- en andere vormen van kanker.
Samenwerken
De weg van laboratorium naar patiënt is lang. Heel veel studies zijn nodig voor is aangetoond dat een middel veilig en effectief is. Ik ben er zeker van dat dit gaat veranderen. Gepersonaliseerde medicatie is namelijk de trend. We weten steeds meer van het genetische profiel van de mens en van de tumoren. Door middel van biomarkers kunnen we steeds beter voorspellen of een medicijn zal werken of niet. Doordat de medicatie steeds specifieker wordt, wordt de patiëntenpopulatie waar je het voor maakt, steeds kleiner. De ontwikkelingskosten worden daardoor veel te hoog. Om daaruit te komen moet er meer worden samengewerkt. Je ziet gelukkig steeds meer initiatieven waarbij farmabedrijven onderling samenwerken. Aan Alzheimer bijvoorbeeld. Of in de DRUP-studie waarbij tien farma-bedrijven samenwerken met zeventien ziekenhuizen. Farmabedrijven stellen, net als universiteiten, steeds vaker hun onderzoeksrapporten voor anderen beschikbaar, zodat die het onderzoek niet opnieuw hoeven te doen. Data delen is de toekomst.
Patiënt power
Een andere trend is de toenemende invloed van de patiënt. Je ziet steeds vaker dat patiënten op internet op zoek gaan naar informatie over hun aandoening. Zij zullen ook een steeds grotere rol krijgen in onderzoek. Bij het ontwerp van de studie bijvoorbeeld, zodat je zeker weet dat je iets ontwikkelt waar patiënten ook echt behoefte aan hebben. Hun data zijn van cruciaal belang. Steeds meer mensen lopen rond met smart watches, fitbits en andere wearables. Nu moeten patiënten nog regelmatig naar het ziekenhuis om bloed te laten prikken, maar in de zeer nabije toekomst hoeft dat niet meer. De real world data in het medische dossier van de patiënt vormen een belangrijke informatiebron, die een deel van de klinische studies in de toekomst overbodig maakt. Waarom zou je langdurige studies doen om middelen met elkaar te vergelijken, als die data al beschikbaar is. Ik ben ervan overtuigd dat de patiënt in de nabije toekomst zal bepalen wie toegang tot zijn medisch dossier heeft en waarom. Uiteindelijk gaat het om de patiënt.
Doing now what patients need next. |