Morgens vroeg een aantal kopstukken uit de zorg om samen in gesprek te gaan over hun visie op digitale transformatie en het bijbehorende leiderschap in dit proces. Interessante tweegesprekken die gezamenlijk een beeld geven welke kenmerken van leiderschap de komende periode nodig zijn.
Bij de gesprekken zijn de volgende bestuurders aan het woord geweest: Sjaak Wijma (Zorginstituut Nederland), Peter van der Meer (Albert Schweitzer ziekenhuis), Dianda Veldman (Patiëntenfederatie Nederland), Edwin van der Meer (BovenIJ), Maarten van Rixtel (Sensire), Leonique Niessen (Nictiz), Mark Janssen (Radboudumc) en Ron Roozendaal (toenmalig directeur Informatiebeleid en CIO bij het ministerie van VWS). De tweegesprekken zijn hier terug te zien.
Van digitaal doen naar digitaal zijn
De sprekers zijn unaniem: digitale transformatie vraagt meer dan infrastructuur of processen automatiseren. Zie het als een mooi grachtenpand in Amsterdam waar de afgelopen jaren weliswaar in is geklust; er is immers al glasvezel geïnstalleerd en er hangt een internetmodem in de hal. De vaste telefoon is van de muur geschroefd en over vele lagen behang is een mooie moderne zachtgroene kleur geverfd. Op zolder is een extra badkamer geïnstalleerd, omdat de lampetkan niet meer kan concurreren met de regendouche.
De opzet blijft echter nog zoals deze ooit was bedacht in 1890. Om zo’n pand naar de 21e eeuw te brengen, moet het compleet gestript en opnieuw opgebouwd worden. Dat is een gigantische transformatie waarbij de charme en details – de kwaliteiten van het historische pand – niet verloren mogen gaan.
De Nederlandse zorg is in dit voorbeeld het grachtenpand. Klaar voor een permanente digitale transformatie, in plaats van het doen van kleine aanpassingen. Het vraagt om nieuw denken, waarbij we van digitaal ‘doen’ naar digitaal ‘zijn’ moeten.
Vijf belangrijke kenmerken van leiderschap
De zorg staat op het punt deze verbouwing aan te gaan, waarbij de burger het uitgangspunt is en niet de muren van instellingen en zorgorganisaties. We moeten onszelf constant de vraag stellen: wie gaat er in dit huis wonen en werken en wat heeft deze bewoner nodig? Dit vraagt in sommige gevallen om het loslaten van huidige concepten, instituten en organisaties. Regie en leiding in deze verbouwing is cruciaal. We kennen allemaal de verhalen van grote digitaliseringsprojecten die niet het gewenste resultaat opleveren. Leiderschap en een duidelijke visie kan hierin het verschil maken. De tweegesprekken laten vijf belangrijke kenmerken van dit leiderschap zien.
1. Zorg voor een visie en draag dit uit!
Digitale transformatie vraagt een grote verandering in het denken en doen van zorgprofessionals en organisaties, maar ook van de burger. We denken nog geïnstitutionaliseerd “van binnen naar buiten” zoals Maarten van Rixtel schetst tijdens zijn gesprek. Daar moet verandering in komen. Mensen zijn veel meer thuis dan in het ziekenhuis. Het is niet altijd gemakkelijk om goed voor ogen te hebben waar deze transformatie toe leidt. De verleiding ligt op de loer om de huidige processen te digitaliseren in plaats van nieuwe processen en principes te introduceren, denk aan het voorbeeld van het grachtenpand van Amsterdam.
Maarten zegt: “Pak het op vanuit de burger en bouw vanaf daar het systeem op.” Laten we gezamenlijk een begrijpelijk vergezicht creëren. De leiders van deze transformatie moeten blijven refereren aan dit vergezicht. Daarnaast moeten zij de constante verleiding weerstaan om digitalisering tot doel te verheffen in plaats van te zien als middel voor een goed bestendig zorgstelsel. Zet in deze visie de burger centraal. Dit zorgt voor vertrouwen en waardering in een goed zorgstelsel.
2. Blijf de leiding in handen houden en heb lef
De boodschap is duidelijk. We kunnen niet meer afwachten. Deze transformatie gaat hoe dan ook gebeuren, zeker als we kijken naar AI-tools zoals ChatGPT. Voor sommige spelers in de zorg gaat de verandering te langzaam, voor anderen voelt het alsof die er ineens is. Als we zelf niet achter het stuur kruipen, doen anderen dat. Dit heeft het risico dat er voor de burger, zorgprofessional of organisatie wordt gedacht. In plaats daarvan moet de leiding door de juiste mensen in handen worden gehouden en het gezamenlijk worden gedaan.
In de zorg zijn we gewend te werken met hoge veldnormen. In de wereld van digitalisering is dit echter een onwerkbaar uitgangspunt en moeten we het ons permitteren ook met onzekerheid toch stappen te durven maken. Lef hebben en risico’s durven nemen, waarbij veiligheid uiteraard ten alle tijden prevaleert. Digitalisering is een iteratief proces waarbij je leert van ervaring, dus de eerste stap die we nu moeten zetten is ervaring opdoen. De digitale transformatie vraagt om een lange adem. Investeringen die we nu doen betalen zich soms pas over vijf jaar uit, of misschien nog wel later. Dat is geen reden om niet te starten.
3. Zoek de verbinding en doe het samen
“Leer van elkaar en vind niet zelf het wiel uit!” Deze quote kwam een aantal keer terug in de tweegesprekken. Het zorglandschap is nu op alle niveaus van het interoperabiliteitsmodel nog gefragmenteerd. Als ‘Nederlandse zorg’ moeten we meer in gezamenlijkheid optrekken. Zijn we op de hoogte van elkaars initiatieven? Hoe brengen we deze samen? We moeten elkaar opzoeken om van elkaar te leren. Alleen zo kunnen we versnellen, stappen we niet in dezelfde valkuilen en vinden we oplossingen die voor de maatschappij nodig zijn.
Belangrijk daarbij is om over je eigen schaduw heen te stappen en soms concepten los te laten. Dit kan een kleine stap terug zijn voor de eigen organisatie, maar een stap vooruit voor het systeem.
Kortom, we moeten gezamenlijk gaan werken naar volledige integratie in de zorg. De leiders moeten hierin lef tonen, het voorbeeld geven en de verbinding faciliteren. Regie in deze verbinding en het maken van keuzes versnelt deze integraliteit. Regie, die hard nodig is, durven accepteren en binnen die kaders gaan innoveren.
4. Maak gebruik van verbeteraars en versnellers
In iedere organisatie werken verbeteraars en versnellers. De oproep: vind deze mensen! Stimuleer en faciliteer ze; zij hebben de echte vooruitgangskracht. Zoals Ron Roozendaal het schetst in één van de tweegesprekken: “Zoek de mensen in je organisatie die de wil en power hebben om te kunnen veranderen. Daar vind je de ruimte om kleine stapjes te maken.”
De zorgwereld kenmerkt zich door een conservatief karakter waarbij de meester-gezel verhouding in opleidingen nog vaak de standaard is. Dit is niet het beste ingrediënt voor een vernieuwend en innoverend klimaat. De nieuwe generatie zorgprofessionals kijkt anders naar zorgverlening en hun eigen rol daarin. De kracht is om deze generatie al aan het woord te laten, en hen deze ontwikkeling te gunnen. Laat bijvoorbeeld bij een vergadering altijd de arts in opleiding of nieuwste medewerker aan het woord om met frisse ideeën te komen. Geef als leider hier ook gevolg aan. Stimuleer, inspireer en faciliteer deze verbeteraars.
5. Knip het op in kleine stukjes en creëer herkenningspunten
Richt je als organisatie of regio op direct zichtbare resultaten. Ron Roozendaal zegt hierover: “Je mag best groot dromen, maar durf eens een eerste stap te zetten en durf aan te geven wat je vandaag of morgen anders gaat doen.” Dit geeft energie, impulsen en wekt vertrouwen. Uiteraard moeten we hierbij de integraliteit en samenhang van het doel in de gaten houden om een gefragmenteerd landschap te voorkomen. De belangrijkste stap is de eerste en die gaan we met elkaar zetten!
Kortom aan alle leiders: laten we starten met deze verbouwing! Ons grachtenpand is toe aan een grondige renovatie en met de juiste leiders gaan we hier een parel van maken. Belangrijkste opgave voor de hoofdaannemer: Inspireer, motiveer en stimuleer continu, doe het samen, heb lef en vooral: ga aan de slag!
Wil je meer weten over hoe jouw organisatie in de zorg vooruitgangskracht krijgt op het gebied van digitale transformatie? Neem contact op met: Netteke Koster, senior consultant bij Morgens, koster@morgens.nl
Auteurs
Eva Hofmeester en Shereen Stronkhorst