Passende zorg is een ‘hot item’ en de voornaamste aanjager daarvan is het Integraal Zorgakkoord. In het IZA wordt het begrip niet minder dan 218 keer genoemd. Daarmee is duidelijk dat het een kernthema is in de plannen voor de zorg van de toekomst en dat zorgaanbieders er nu echt mee aan de slag moeten.
Onzekerheid wegnemen
Waar komt dan die terughoudendheid bij ziekenhuizen vandaan als het gaat om de implementatie van Passende Zorg? Is dat vanwege moeite met verandering, zoals Marian Kaljouw, bestuursvoorzitter van de NZa, beargumenteerde? Of ligt het aan de financiële onzekerheid die gepaard gaat met transities, zoals Xander Koolman na zijn onderzoek in de VS vermoedt?
Duidelijk is wel dat de terughoudendheid voornamelijk veroorzaakt wordt door onzekerheid. Bij de delen uit de definitie van Passende Zorg die kwantificeerbaar zijn, is deze onzekerheid deels weg te nemen. In de ontbijtsessie van LOGEX lieten Barend Buutfeld en Floris Baartmans aan de hand van verschillende voorbeelden zien dat inzichten uit data-analyse hierbij kunnen helpen. Om te beginnen maakten de LOGEX-sprekers duidelijk dat de landelijke initiatieven van Zorgevaluatie & Gepast Gebruik (ZE&GG), zoals gehoopt, volumereductie teweegbrengen: bij twee op de drie implementatie-initiatieven van de ZE&GG-agenda is al een positieve impact gemeten!
Concentratiestrategie
Achteraf terugkijken is nuttig, maar neemt onzekerheid aan de voorkant niet weg. Het kwantificeren van impact vooraf kan wel significant bijdragen aan het wegnemen van drempels voor transitie. Floris Baartmans benadrukte dat de impact van iedere zorgverschuiving verschilt per organisatieonderdeel binnen de zorginstelling. Zo heeft het invoeren van een concentratiestrategie voor prostaatoperaties voor de uitplaatsende ziekenhuizen binnen de regio verschillende effecten. Aan de ene kant leidt dit volgens een rekenvoorbeeld tot een daling van de schadelast en de OK-tijd van het ziekenhuis, terwijl er aan de andere kant geen effect optreedt op de polikliniek omdat de eerste consulten en herhaalconsulten blijven.
Stappen
De heren van LOGEX adresseerden ook het probleem dat treffend werd omschreven door Sjoerd Repping, voorzitter Zorgevaluatie en Gepast Gebruik: “Ik wil wel veranderen, maar dan moet jij eerst!” Het valt niet te ontkennen dat er – zoals Sjaak Wijma, voorzitter van Zorginstituut Nederland in zijn sessie aangaf – in Nederland systemen zijn ingericht die de implementatie van Passende Zorg kunnen hinderen. Maar dat betekent niet dat er geen stappen gezet kunnen worden voordat die systemen zijn veranderd.
De deelnemers van de ontbijtsessie werd gevraagd naar de belangrijkste drempels voor de transitie naar Passende Zorg. Eén op de vijf gaf aan dat er meer transparantie en gelijkgerichte interne processen nodig zijn. In tegenstelling tot andere waargenomen drempels, zoals de DBC-structuur (volgens 35 procent van de deelnemers een belangrijke hindernis) en huidige contractvormen (34 procent), kunnen zorginstellingen, verzekeraars en medisch specialisten hier morgen al mee aan de slag.
Samen
Een manier om dit te bereiken is het opstellen van een gezamenlijke productiebegroting waarin de Passende Zorg-initiatieven worden opgenomen. Vervolgens kan dit productieplan worden vertaald naar alle lagen: schadelast, verrichtingen per afdeling, kosten en de benodigde capaciteit medisch specialisten. Zo worden portfoliokeuzes op basis van Passende Zorg concreet en kunnen ze door het jaar heen telkens worden getoetst. Op deze manier ligt de nadruk op het samen werken aan gepaste zorg.
Het is niet voor niets dat het woord ‘samen’ volgens Jan Kremer, speciaal gezant Passende Zorg en slotspreker van het congres, nóg vaker voorkomt in het IZA dan het begrip ‘Passende Zorg’: Alleen komen we er niet, we moeten echt samen, gelijkgericht aan de slag.