Het is volstrekt logisch dat de zorggerelateerde omzet in de jaarrekening over de genoemde periode maar een kleine reductie laat zien. Er is namelijk een vijfjarige aanneemsomafspraak gemaakt met CZ en VGZ waarbinnen de zorgomzet heel langzaam afbouwt. De echte schadelast daarentegen reduceert wel direct.
Rekenkundig verschil
Het rekenkundig verschil tussen de jaarlijks afgesproken aanneemsom en de daadwerkelijk gerealiseerde zorgomzet (aantal behandelingen maal prijs) is binnen de meerjarenafspraken voorzien als transitiegeld om Bernhoven toekomstgericht te gaan organiseren. Gedurende deze periode is nooit een grote reductie in gerapporteerde zorgomzet voorzien. Dit afgezien van het feit dat omzetten gerapporteerd via de jaarrekening een optelsom is, die veel meer items behelst dan alleen pure zorgomzet. Vandaar dat er zelfs sprake kan zijn van omzetstijging. De zogenoemde transitiegelden zijn direct weer in het ziekenhuis geïnvesteerd (dit komt in een jaarrekening terug als kosten) om de organisatie toekomstgericht te maken. Daardoor is een sterke reductie in kosten voor genoemde periode nog niet zichtbaar.
Nieuwbouwkosten
De heer Van den Heuvel verwijst in dezelfde blog naar uit de hand gelopen nieuwbouwkosten. Een ongenuanceerde en onjuiste bewering. Bernhoven heeft het volledig nieuwe ziekenhuis binnen de daarvoor geplande periode en binnen het begrote budget gebouwd. Dat het ziekenhuis destijds een magere solvabiliteit had, is juist. Bernhoven heeft echter altijd een positieve kasstroom gehad waardoor het altijd aan zijn financiële verplichtingen kon voldoen.
Zinnige zorg
De door Bernhoven, Rivas en ondertussen veel andere instellingen in de medisch specialistische zorg, ggz en vvt, ingezette beweging heeft zich bewezen. Overal waar op ‘zinnige zorg’ is en wordt ingezet daalt de schadelast en stijgt patiënten tevredenheid. Het gaat hier niet om administratieve aanpassingen maar om echte zorgreductie, namelijk die van overbehandeling. Circa 50 procent van de 3000 meest gegeven behandelingen zijn niet bewezen medisch effectief (Bron: BMJ 2007). Dit is niet goed voor de patiënt, maar tegelijkertijd wél een van de grootste kansen voor onze sector.
Initiatieven die overbehandeling voorkomen zijn bijvoorbeeld gezamenlijke besluitvorming tussen dokter en patiënt, meer tijd voor de patiënt op de poli om zo een nóg betere diagnose te kunnen doen, het inrichten van speciale zorgstraten en intensieve samenwerking met huisartsen om zorg op de juiste plaats te organiseren. Deze initiatieven hebben ertoe geleid dat wij bij Bernhoven het aantal polibezoeken in drie jaar tijd hebben kunnen reduceren met 18 procent, het aantal operatiekameruren met 14 procent en het aantal ligdagen met 34 procent. Dat zijn ongekende resultaten die zich vertalen in betere zorg en lagere kosten.
Maatschappelijke verantwoordelijkheid
Beschikbaarheid en toegankelijkheid van de zorg en dit ook nog eens betaalbaar houden is de uitdaging voor zorgbestuurders van de toekomst. In 2014 waren het voor mij exact deze redenen om het anders te gaan doen met Bernhoven. Een maatschappelijke verantwoordelijkheid die soms op gespannen voet staat met hun institutionele verantwoordelijkheid. De paradigma shift van groei via meer productie – en die is in een sector als de zorg niet moeilijk te realiseren – naar krimp en beheersing door middel van ‘zinnige zorg’ is het antwoord om de zorgkosten zonder kwaliteitsverlies voor de maatschappij en daarmee BV Nederland te borgen.
Met elkaar
Laten we de grote hoeveelheid denkkracht die in onze sector collectief aanwezig is aanwenden om deze noodzakelijke paradigma shift verder vorm te geven.
Het lijkt mij verstandig dat de heer van den Heuvel eens op bezoek gaat bij de heer Van den Enden in Bernhoven. Wie weet wat voor een mooie samenwerking hieruit kan ontstaan.
Peter Bennemeer, voormalig algemeen directeur Bernhoven (2014-2017)
Jvandenheuvel@rkz.nl
De afspraak met Bernhoven wordt gemaakt. Hopelijk leidt dat tot nieuwe inzichten. Wat mij, ondanks mijn op voorhand grote enthousiasme voor het Bernhoven model, opvalt is dat het me met geen enkele verzekeraar gelukt is om een vergelijkbare afspraak te maken.
peter de bruin
Een mooie welles-nietes, maar die levert weinig op! In de zorg heeft iedereen gelijk, nl z’n eigen gelijk. Een van de redenen waardoor verbetering van de zorg traag gaat. We zijn niet gemakkelijk in staat van elkaar te leren, noch in het gefragmenteerde systeem tot (keten)samenwerking te komen. We zijn vooral ons eigen gelijk aan het bewijzen, “bij ons is het anders”. Een van de geweldige excuses niet te hoeven veranderen. Is Bernhove een showcase of niet, het mag een voorbeeld zijn voor zorgbestuurders en zorgprofessionals om samen een verbeterplan voor de zorgketen te maken en bij verzekeraars en banken transitiegelden te claimen. Tegen een goed plan, waarom waarde wordt vergroot en zorgkosten dalen, zegt een verzekeraar geen nee, dat zou iig niet moeten want het is hun taak. Of het nou zinnige zorg, jzojp, lean, vbhc of ddhc wordt genoemd. Leuk dus deze discussie, maar vooral als erdoor bestuurders en professionals de handen ineen slaan om hun verantwoordelijkheid te nemen en de zorg samen beter maken. In die zin is Bernhove dan toch een voorbeeld, zeker veranderkundig en qua leiderschap. Zij hebben hun hoofd boven het maaiveld uitgestoken en hebben in hun gefragmenteerde systeem silo’s afgebroken en meer eenheid gecreëerd tbv de patiënt en de professional. Vast niet perfect. Wie weet er een betere showcase?
Peter de Bruin
Ger Haan
Goed, Peter, dat je als pionier nadrukkelijk de nuances aanbrengt die nodig zijn om in dialoog met elkaar te kijken naar de resultaten van een experiment dat grote maatschappelijke en financiële impact heeft gehad en zal hebben in de Nederlandse zorg. Het lijkt me wijs om met bestuurders en toezichthouders de dialoog hierover te vervolgen in kleinere kringen, liefst met wijze mensen uit de wereld van zorgverzekeraars waardoor ook andere verzekeraars goede voorbeelden met elkaar willen creëren en vervolgen.
Iets voor de nieuwe hoogleraar Bart Berden om op te pikken? En/of voor Richard Janssen? Ik ben graag van de partij als gespreksbegeleider, met ervaring in beide hoeken van het veld.