Het zal menigeen niet ontgaan zijn: de discussie onder andere op social media tussen fysiotherapeuten, het KNGF en VGZ over de behandeling van lage rugpijn en de wijze waarop de zorgverzekeraar communiceert over dit onderwerp.
Het KNGF en VGZ zijn hierover volop in gesprek en inmiddels zijn de betrokken partijen tot overeenstemming gekomen. Over de inhoud van deze discussie is meer te lezen op Skipr. Ook aan IZZ, het ledencollectief van mensen in de zorg, wordt gevraagd wat wij hier nu van vinden.
Zorgprofessional bij de fysio
We weten dat werken in de zorg fysiek belastend is. Eén op de drie zorgmedewerkers die bij IZZ verzekerd is, maakt gebruik van fysiotherapie en 85 procent ervaart fysieke klachten! Omdat fysiotherapie voor onze leden erg belangrijk is, spreken we hier regelmatig met ze over in de ledenpanel-onderzoeken van IZZ.
Wat blijkt? De zorgprofessionals uit ons collectief zijn positief over de kwaliteit van de fysiotherapie behandelingen. Zij vinden wel dat er meer aandacht nodig is tijdens de behandeling voor de relatie van de klacht met het werk. En, nog specifieker, met het werken in de zorg. Er is ook een groot verschil tussen de fysiotherapeuten: niet alleen als het gaat om de behandeling van de klacht, maar vooral als het gaat om het bespreken van de klacht in relatie tot het werk.
Waarom ik dit noem? Omdat ik onze leden op basis van deze onderzoeken en gesprekken wil stimuleren om een fysiotherapeut te zoeken die het beste bij je past, bij jou als persoon, bij de klacht die je hebt én bij het werk dat je doet. Je mag vergelijken en kritisch zijn als het om je gezondheid gaat! Leden van ons collectief zijn goed in staat om keuzes te maken en ‘managen’ hun eigen gezondheid indien dit op enkele punten gefaciliteerd wordt.
Vertrouwen
Het is logisch dat er verschillen zijn in een beroepsgroep. We zien dit ook terug in onze jaarlijkse analyse naar het zorggebruik van zorgmedewerkers op het gebied van fysiotherapie. Zo maakt het voor het gebruik van fysiotherapie niet alleen uit in welke zorgbranche iemand werkzaam is, maar ook bij welke specifieke zorgorganisatie men werkt. Deze data en verschillen bieden juist een kans om gegevens uit te wisselen en van elkaar te leren.
Vooropgesteld heb ik het volste vertrouwen in de professional en de kwaliteit van fysiotherapeuten in Nederland. Er zijn duidelijke kwaliteitsnormen waaraan voldaan moet worden en ik weet hoe gedreven, kritisch en gepassioneerd zorgprofessionals zijn, om inderdaad steeds van elkaar te leren én te blijven verbeteren en daarmee de kwaliteit en doelmatigheid van de zorg in Nederland continu op een hoger plan te brengen.
Iedere zorgprofessional heeft een passie om zichzelf continu te willen verbeteren. Dat betekent open en kwetsbaar opstellen, vertrouwen in elkaar hebben, data beschikbaar durven stellen en uitwisselen en ervoor open staan dat anderen van jou leren en dat jij van anderen kunt leren. En net dit punt mis ik eigenlijk een beetje in deze discussie.
Geen oliebollentest
Nee, we willen geen onderlinge vergelijking zoals de welbekende oliebollentest, waarbij gekeken wordt in welk vet een oliebol is gebakken. Deze test is tenslotte ook niet voor niets afgeschaft. Ik doe wel een oproep aan de zorgverzekeraars om het onderling delen van kennis te stimuleren en te faciliteren en aan al die gepassioneerde zorgverleners om ook nu te leren van elkaar.
Natuurlijk gebeurt dit al. Ik denk bijvoorbeeld aan het nieuwe Kwaliteitsregister Fysiotherapie NL (KRF NL). Voor het KRF NL wordt het verplicht volgen van intervisie de basis (per 1 jan 2020). Hiervoor is een wetenschappelijk onderbouwd systeem ontwikkeld waar al stevig gebruik van wordt gemaakt, mooie ontwikkelingen!
In de hitte van deze strijd wordt dit nu wellicht net iets te veel over het hoofd gezien, maar uiteindelijk wordt iedereen daar beter van, de patiënt, de zorgverzekeraar en de leden van ons collectief, de zorgprofessionals.
Algemeen directeur Stichting IZZ