Vier van de vijf ziekenhuisbestuurders zijn negatief over de komst van het Medisch Specialistisch Bedrijf (MSB). Volgens hen is de invoering een kostbare, tijdrovende exercitie geweest, die in de dagelijkse praktijk weinig tot geen positieve invloed heeft gehad op de patiëntenzorg.
Dat komt naar voren uit het rapport ‘Op weg naar gezamenlijkheid’ dat onderzoekers van TIAS in opdracht van het ministerie van VWS hebben geschreven. In de quickscan worden met name de gevolgen van de invoering van integrale bekostiging in 2015 op de governance in ziekenhuizen onderzocht.
Door de invoering hiervan dreigden de vrijgevestigde medisch specialisten hun fiscale ondernemersvoordelen kwijt te raken. In antwoord hierop zijn ze meeste vrijgevestigden opgegaan in zogeheten medisch specialistische bedrijven (MSB), die als juridisch, fiscaal en financieel zelfstandige entiteiten door het ziekenhuis worden gecontracteerd.
Mogelijke voordelen van dit “samenwerkingsmodel”, zoals het centraal maken van afspraken rond kwaliteit en productie, wegen volgens de meerderheid van de bestuurders niet op tegen het verlies van formele invloed en doorzettingsmacht. Een klein aantal bestuurders zegt zich om deze reden grote zorgen te maken over de mogelijkheden om kwaliteit en veiligheid van zorg adequaat te kunnen waarborgen.
Hogere eisen
De TIAS-onderzoekers constateren dat de complexe organisatiestructuren er in ieder geval toe hebben geleid dat er hogere eisen aan de governance van ziekenhuizen worden gesteld. Naast de bestaande ziekenhuisorganisatie en het operationeel management kennen de zelfstandige MSB’s doorgaans een algemene vergadering van vrijgevestigde medisch specialisten, afzonderlijke vakgroepen en een eigen MSB-bestuur. Dit bestuur heeft regelmatig ook nog een eigen directeur of management voor de operationele werkzaamheden, een ledenraad voor vertegenwoordigers vanuit de vakgroepen en een toezichthoudend orgaan in de vorm van een afzonderlijke raad van commissarissen voor het MSB kennen. Daarnaast zijn er binnen de ziekenhuizen vaak ook nog een Vereniging Medische Staf (VMS) en een Vereniging van Medisch Specialisten in Dienstverband (VMSD) actief.
Uitholling
“Onder kritieke omstandigheden kan dat een risico voor de bestuurbaarheid en het toezicht vormen”, aldus de TIAS-onderzoekers. Ook merken ze op dat de toegenomen bestuurlijke complexiteit in sommige ziekenhuizen de verhoudingen op scherp heeft gezet en belangentegenstellingen heeft vergroot. Daarnaast bestaat het gevaar dat de rol van de raad van toezicht wordt uitgehold. De afspraken die het ziekenhuis met het MSB maakt, kan de raad van toezicht alleen indirect, dat wil zeggen door tussenkomst van de raad van bestuur toetsen. Formele governance-structuren met een meer directe toezichtrelatie, die recht doen aan het belang van het MSB, ontbreken grotendeels. Daarmee dreigen toezichthouders hun integrale verantwoordelijkheid niet meer te kunnen waar maken. Ook bestaat het gevaar dat de raad van toezicht ook op te grote afstand komt te staan van het primaire proces.
Voor een werkelijk effectief samenwerkingsmodel, moeten raad van bestuur en MSB wat de onderzoekers betreft in ieder geval samen bouwen aan onderling vertrouwen. Ook moeten ze gezamenlijk investeren in onder meer gelijkgerichtheid, gezamenlijke strategievorming, medisch leiderschap van MSB-bestuurders en effectieve besluitvormingsprocedures.