50 tot 80 procent van de cliënten weet niet dat onafhankelijke cliëntondersteuning bestaat. Dat blijkt uit de landelijke rapportage Cliëntervaringsonderzoek Wmo, uitgevoerd door I&O Research in opdracht van het ministerie van VWS.
Ruimte voor verbetering
Het merendeel van de gemeenten (64 procent) stelt zelf ook dat er ruimte voor verbetering is op dit gebied. Naast onafhankelijke cliëntondersteuning zien gemeenten ruimte voor verbetering op het gebied van wachtlijsten en de snelheid van hulp (35 procent).
Positieve ervaringen
Uit het onderzoek blijkt dat Wmo-cliënten over het algemeen positief zijn over de ondersteuning die zij ontvangen: vanaf het contact met de gemeente tot de effecten die zij ervaren van de ondersteuning.
Ervaringsonderzoek
Sinds 2016 zijn gemeenten op grond van de Wet maatschappelijke ondersteuning (Wmo 2015) verplicht om jaarlijks een cliëntervaringsonderzoek uit te voeren. De resultaten moeten inzicht bieden in de toegankelijkheid, kwaliteit en het effect van de geboden ondersteuning. In totaal vulden 274 van de 345 gemeenten het onderzoek op tijd in. 14 gemeenten voerden geen onderzoek uit over 2021. De redenen hiervoor zijn divers: tekort aan capaciteit, financiële redenen, meer tijd willen nemen om een nieuwe methode te ontwikkelen of door andere prioriteiten, zoals de coronacrisis.