Een zorgvuldige behandeling vergt tijd en aandacht, schrijft zorgminister Hugo de Jonge vrijdag aan de Tweede Kamer. Gevolg daarvan is dat 1 juli, waar het kabinet naar streefde, niet haalbaar is.
De nieuwe, tijdelijke wet moet de huidige noodverordeningen die zijn genomen in verband met de corona-uitbraak vervangen met een andere wettelijke grondslag. Zolang de spoedwet er nog niet is, blijven de noodverordeningen van kracht die de minister opdraagt aan de voorzitters van de veiligheidsregio’s.
Volgens De Jonge heeft het kabinet hard gewerkt aan het wetsvoorstel. Deze week zal de Raad van State advies erover uitbrengen. Daarna wordt het zo spoedig mogelijk aan het parlement aangeboden. Beide Kamers bepalen zelf hun agenda. Het zomerreces begint over twee weken.
Partijen in de Tweede Kamer hadden al aangegeven genoeg tijd te willen hebben om de spoedwet goed te kunnen beoordelen. (ANP)