Als sector kent de gehandicaptenzorg een zeer diverse cliëntenpopulatie. Het gaat om mensen van verschillende leeftijden met een verstandelijke, lichamelijke en/of zintuigelijke handicap die permanent zorg of toezicht nodig hebben. In de monitor ‘Zicht op gehandicaptenzorg’ bracht de Nederlandse Zorgautoriteit (NZa) de ontwikkelingen in de sector in de periode 2015 tot en met 2018 in kaart, met als doel een bijdrage te leveren aan het programma Volwaardig Leven van ministerie VWS.
‘Jzojp’ realiseren
Deze eerste monitor over de gehandicaptenzorg moet gezien worden als nulmeting waarmee het zorggebruik de komende tijd gevolgd kan worden. Samengevat biedt de monitor: een overzicht van de stand van de zorg, inzicht in de ontwikkeling van de afgelopen jaren, en uitzicht op toekomstige veranderingen. Ook maakt de monitor inzichtelijk waar en hoe de NZa veranderingen kan faciliteren, om zo de Juiste Zorg op de Juiste Plek (jzojp) mogelijk te maken voor deze groep cliënten.
Meerzorg krijgt structureler karakter
Cliënten voor wie het integrale zorgpakket niet toereikend is, kunnen gebruik maken van meerzorg. In de afgelopen jaren is het beroep hierop sterk toegenomen. Het gaat hierbij voornamelijk om cliënten met zwaardere gedragsproblematiek. De cijfers laten zien dat meerzorg een steeds structureler karakter krijgt. Een ontwikkeling waarvan Hans Hendriks, beleidsmedewerker langdurige zorg bij de NZa, zich afvraagt wat daar de oorzaak van is:
“We zien dat de meerzorg steeds meer is aangevraagd. Hoe dat precies komt, is voor ons ook een vraag. We willen graag weten hoe deze zorg wordt ingezet. Dat het geld echt in de zorg gestoken wordt, daar zijn we van overtuigd, maar wat levert het op? Wat is de meerwaarde? En dat valt niet uit te drukken in getallen of kilo’s, maar er moet gekeken worden of de kwaliteit van zorg daadwerkelijk verbeterd is en of de inzet vergroot is.”
Meerwaarde aantonen
Volgens de NZa ligt hier een belangrijke taak voor zorgkantoren en zorgaanbieders. Zij moeten actief aan de slag met het aantonen van de toegevoegde waarde van meerzorg, zowel kwantitatief als kwalitatief. Hendriks: “We vinden het belangrijk dat hier meer onderzoek naar wordt gedaan. In eerste instantie leggen we de bal bij de zorgkantoren en zorgaanbieders. Zij zouden kwaliteitsgesprekken moeten voeren, waarin dit punt sterk geagendeerd wordt.”
Pgb’s steeds populairder
Een andere belangrijke ontwikkeling in het zorggebruik, zo laat de monitor zien, is de sterke toename aan populariteit van pgb’s, met name onder jongeren. De cliëntgroep met zorg in natura is aan het veranderen, en lijkt een plek te worden voor de oudere cliëntgroep met zwaardere zorg en vaak gedragsproblematiek, aldus de NZa in de monitor. Een deel van de jongeren kiest bewust voor een pgb: ze willen zelf een zorgverlener kunnen kiezen en zelf structuur kunnen geven aan de invulling van de dag.
Eigen regie
Eigen regie is heel belangrijk voor deze cliënten, vertelt Hendriks: “Wat we vaak horen, is dat cliënten zelf willen bepalen hoe laat het bezoek komt, ook na acht uur ’s avonds, wat instellingen vaak niet toestaan. Daarnaast willen ze zelf kunnen beslissen hoe laat ze op staan, en wat ze willen eten. Begrijpelijk, dat wil ik ook. Ook is voor veel mensen een vertrouwd gezicht heel belangrijk. Dus niet telkens wisselende zorgmedewerkers, maar een vaste ‘pool’. Of die zorg nu in natura of via een pgb wordt ontvangen, vinden we niet belangrijk. Die vrijheid, of ‘eigen regie’ wel.”
‘Wees voorbereid op toenemende vraag’
De groep jongere cliënten met een pgb op den duur stroomt in op een verblijfsplek bij een reguliere zorgaanbieder. Ze zijn dan ouder en hebben naast hun handicap ook ouderdomsklachten. De complexiteit van de zorg neemt daardoor toe. Zorgaanbieders en zorgkantoren moeten zich goed voorbereiden om deze cliënten passende plekken te bieden.
“Op termijn zullen we tegen een probleem aanlopen als we nu niets doen. Er zijn nu veel jongere cliënten die thuis wonen. Dat gaat nu nog, dankzij hulp vaak van ouders. Maar ook zij worden ouder. Op een latere leeftijd zullen de cliënten naar een instelling moeten verhuizen, en dus gaan zij later een beroep doen op de intramurale zorg. Zorgaanbieders moeten daarom rekening houden met eens steeds zwaardere cliëntengroep”, aldus Hendriks.
Oplossingen
Wat zijn mogelijke oplossingen? Hoe zou keuzevrijheid bij zorg in natura gestimuleerd kunnen worden? Hendriks: “De vraag is hoe we kunnen inspelen op de vraag van de groep jongere cliënten. Een mogelijke oplossing is grotere woongroepen binnen instellingen creëren, waar alleen jongere cliënten wonen en een beperkt aantal begeleiders en verpleegkundigen zijn. Waar ze veel vrijheid krijgen om eigen keuzes te maken. Zorgaanbieders zouden dat heel goed kunnen organiseren. Als instelling heb je directe invloed op de samenstelling van het personeel.”
Met het oog op de toekomst, heeft Hendriks een heldere boodschap aan bestuurders in de gehandicaptenzorg en de zorgkantoren: “Heb meer inzicht in de besteding van gelden aan meerzorg, en speel beter in op de zorgvraag van de jongere cliënt.”
Kees V
Prestatie indicatoren, verantwoording afleggen kwalitatief(subjectief) en kwantitatief. De NZA verwacht “continu” nieuw gedrag binnen een zelfde paradigma. De reactie zal dan ook het zelfde blijven. Waar halen we personeel vandaan, hoeveel tijd (geld) kost de verantwoording? Hoe gaan we medische, en therapeutische zorg faciliteren? De dilemma’s blijven en worden groter. De NZA zou anders kunnen gaan denken. Ga denken in processen en ketens, stop met het medisch denken, ontschot de financiering op instituut en professioneel niveau, een RVT op regio niveau. In alle wijsheid heb lef en daag de zorgverzekeraars en professionals uit.
wulf@mede-menszijn.nl
‘Cliënten voor wie het integrale zorgpakket niet toereikend is, kunnen gebruik maken van meerzorg. In de afgelopen jaren is het beroep hierop sterk toegenomen’. In de NPO/OP1 uitzending van afgelopen kwam aan de orde dat er steeds strakker en voor minder uren geïndiceerd wordt voor een gezinslid afhankelijk van intensieve zorg. En dit bij een onveranderde zorgbehoefte. Dan lijkt het mij logisch dater vaker aanspraak gedaan wordt op Meerzorg.