De Nederlandse Zorgautoriteit (NZa) stelt dat de markt voor ziekenhuiszorg voor mogelijk 85 procent kan worden vrijgegeven. De marktmeester in de zorg verbindt wel enkele randvoorwaarden aan dit percentage.
Verkenning
De NZa heeft op verzoek van minister Schippers van VWS een theoretische verkenning gedaan naar de mate waarin de markt voor ziekenhuiszorg verder kan worden vrijgegeven. “Die verkenning wijst uit dat mogelijk voor 85 procent van de omzet die ziekenhuizen in diagnosebehandelingcombinaties (DBC’s) declareren vrije prijzen kunnen gaan gelden”, aldus de NZa. Dit percentage ligt vijftien procent hoger dan het percentage dat minister Schippers nu voor ogen heeft bij de verdere introductie van prestatiebekostiging. De NZa hanteert Schippers’ beleidsstreven van zeventig procent als ondergrens in de verkenning.
Niet geschikt
Volgens de NZa kunnen de prijzen worden vrijgegeven wanneer de zorg als herkenbare en vergelijkbare zorgproducten (DBC’s) gedefinieerd is, zodat verzekeraars en aanbieders over een prijs kunnen onderhandelen. Daarnaast moet de markt voor deze producten in evenwicht zijn zodat een zorgaanbieder geen onredelijke prijs kan bedingen. Rond de 15 tot 20 procent van de DBC-omzet leent zich volgens de NZa niet voor vrije prijsvorming. Het gaat om bijzondere zorg, die alleen door vergunde instellingen geleverd wordt of zorg waarbij de kosten per patiënt zo variëren dat een tarief geen goede afspiegeling vormt van de werkelijke kosten. Dat betreft voornamelijk zorg die valt onder de Wet Bijzondere Medische Verrichtingen en topklinische zorg.