AppleMark
Verminderde bestuurlijke doorstroming is ten dele een structureel effect van de Wet Normering Topinkomens (WNT). Dat komt naar voren uit de Evaluatie van de Wet normering topinkomens die minister Plasterk van BZK aan de Tweede Kamer heeft aangeboden.
De rapporteurs noemen het ‘zeer aannemelijk’ dat topbestuurders als gevolg van het overgangsrecht in de WNT zijn blijven zitten waar ze zitten. Deze stagnatie in de doorstroming stopt naar verwachting van de rapporteurs wanneer het overgangsrecht afloopt. Van meer blijvende aard echter is de verstoorde doorstroom van functionarissen in de subtop naar bestuursfuncties. Door het kleine verschil tussen bezoldiging, zijn er minder prikkels voor de subtop om door te stromen.
Ook achten de rapporteurs het aannemelijk dat werving en selectie van topfunctionarissen door een dalend aantal kandidaten onder de WNT moeilijker verlopen dan wel zullen gaan verlopen.
Administratieve lasten
Een ander onbedoeld neveneffect is de toename van de administratieve lasten. Met name de extra inzet van hoogwaardige expertise heeft organisaties tijd en geld gekost. Opvallend is dat de zorgsector er op dit punt uitspringt. De gemiddelde totale administratieve lasten voor de WNT bedragen zo’n 1.900 euro per instelling. Bij zorginstellingen komen die gemiddelde lasten uit op 3.500 euro per instelling.
Evenwichtig
Ondanks deze bedenkingen zegt het kabinet op koers te liggen bij de realisering van “een evenwichtig, verantwoord en maatschappelijk aanvaardbaar bezoldigingsniveau in de publieke en semipublieke sector”. Plasterk is met name tevreden over het terugdringen van bovenmatige bezoldigingen. In 2014 zat 84 procent van de topbestuurders op of onder de WNT-norm op een totaal van 33.000 functionarissen bij 5800 instellingen. Toch zijn ook hier zijn opvallende sectorale verschillen waar te nemen. Van de bestuurders van zorginstellingen en woningcorporaties verdiende vorig jaar bijna de helft meer dan de norm.
Boekje te buiten
Deze conclusie is in lijn met hetgeen Skipr medio november op basis van een eigen inventarisatie constateerde. De bedoelde overschrijdingen van de WNT-norm zijn vrijwel volledig toe te schrijven aan het overgangsrecht. Dit laat onverlet dat de overschrijding van vijf topbestuurders niet volgens het boekje waren. Hieronder werkten er twee in de zorg, en wel bij het Sint Franciscus Gasthuis in Rotterdam en bij Careyn. Drie personen waren werkzaam in het onderwijs.
Om het functioneren van de WNT te verbeteren wil het kabinet de administratieve lastendruk rond de wet verlichten. Dit betekent dat met name kleine instellingen, waar de bezoldigingen ver onder de WNT-norm liggen, niet langer vragen rond de WNT in het jaarverslag hoeft op te nemen. Ook worden onnodig complexe bepalingen geschrapt. Als onderdeel hiervan wordt het verbod op prestatiebeloningen dan wel variabele beloningen geschrapt, zolang deze maar onder het WNT-maximum blijven.
De WNT werd begin 2013 van kracht. Bij invoering gold een maximum van 130 procent van een ministerssalaris, oftewel ruim 230.000 euro. Voor bestuurders van kleinere organisaties gelden lagere plafonds. Dit jaar is de WNT-norm aangescherpt naar maximaal 100 procent van een ministersalaris. Dat komt neer op 178.000 euro per jaar.