Binnen regio’s is vaak niet duidelijk waar mensen met specifieke psychische problemen terecht kunnen, stellen de IGJ en NZa op basis van gezamenlijk toezicht in verschillende regio’s. Huisartsen weten niet naar welke zorgaanbieder ze iemand kunnen verwijzen en verwijzingen en doorverwijzingen zijn soms niet compleet of zelfs verkeerd. Dat levert weer vertraging op. Bovendien is in de regio’s ook lang niet altijd duidelijk hoeveel mensen wachten op een behandeling.
In bijna alle onderzochte regio’s zijn initiatieven om de wachttijden korter te maken, maar er zitten vaak gaten in de samenwerking tussen zorgaanbieders en zorgverzekeraars. “Partijen verschuilen zich soms achter elkaar of verwijzen naar de omstandigheden, zoals personeelstekorten”, aldus de inspectie en de zorgautoriteit.
Wachttijden moeten korter
NZa en IGJ manen de partijen nu om meer werk te maken van de samenwerking om wachttijden terug te dringen. “De wachttijden in de geestelijke gezondheidszorg moeten korter. Dat kan alleen als huisartsen, psychiaters, psychologen en ggz-instellingen in regio’s veel beter samenwerken bij het verwijzen en doorverwijzen van mensen met psychische problemen. Zorgverzekeraars moeten daarin meedoen door de afspraken die ze met zorgaanbieders maken. Ook gemeenten hebben een rol om te voorkomen dat bijvoorbeeld schuldenproblematiek leidt tot instroom in de ggz. Duidelijk moet worden wat men van elkaar kan verwachten in het netwerk van zorgaanbieders, zorgverzekeraars en gemeenten.”
Arne van Oranje
Hoera nog meer administratie. Hoeveel onnodige data moeten we nog aanleveren voor het gegeven dat er gewoon meer geld nodig is en minder/geen bemoeienis van de zorgverzekeraars in hoe de zorg geleverd dient te worden.
En hoe gaan we dat dan betalen meneer Van Oranje?! Verbied de budgetpolis want dat tast het solidariteitssysteem van ons zorgsysteem aan, jaarlijks komt er ruim 1 miljard euro te weinig premie binnen en dat geld wordt gehaald bij de zorgaanbieders door lagere tarieven en budgetten.
Schaf de scheve verhouding (schommelt tussen 50/50) tussen premie inkomsten en inkomensafhanekelijke bijdrage af, schaf het maximaliseren van de inkomensafhankelijke bijdrage af (ligt nu bij 55.000 euro, wie meer verdient betaalt net zo veel als bij 55.000 euro). Met deze maatregelen komt er meer geld beschikbaar voor de zorg, wordt de premie lager voor iedereen, kunnen we af van de zorgtoeslag (heen en weer schuiven van geld) en kunnen we de inkomensafhankelijke bijdrage van lage inkomens halveren. Laat de sterkste schouders (in dit geval de best verdienende schouders) maar meer betalen, ze houden nog genoeg over om comfortabel te leven. En ja, ik behoor ook bij die sterkste schouders dus ik kom ook aan mijn portemonnee en dat doe ik graag.