In de eerste drie kwartalen van 2024 startten ruim 3.000 minder mensen als zzp’er in de zorg dan in dezelfde periode in 2023, een daling van ongeveer 15 procent. De totale daling van het aantal startende zzp’ers bedraagt 14,6 procent. Begonnen in 2023 nog 226.000 mensen voor zichzelf, dat zijn er dit jaar 193.000. Naast de zorgsector zien ook andere sectoren een afname. In de cultuur, sport en recreatie daalde het aantal starters met 13,5 procent, in de bouw met 16,6 procent en in de zakelijke dienstverlening met 7 procent.
Zorgprofessionals stoppen definitief
Binnen de zorg is niet alleen het aantal starters gedaald, maar ook het aantal zzp’ers dat stopt toegenomen, met een stijging van 4,4 procent ten opzichte van vorig jaar. Hoewel deze stijging beperkt lijkt, ontvangt Brancheorganisatie Vereniging Zelfstandigen Nederland (VZN) signalen dat sommige zorg-zzp’ers definitief afhaken. Dat komt deels door de onduidelijkheid rond de Wet DBA die strenger moet handhaven op schijnzelfstandigheid, aldus kennisplatform de Onderneming.nl.
Schijnzelfstandigheid te voorkomen
Cristel van de Ven, voorzitter van Vereniging Zelfstandigen Nederland (VZN), noemt dit een zorgwekkende ontwikkeling. “Sommigen van hen waren van plan om nog een aantal jaren door te gaan, maar haken nu definitief af. Dat zijn handen aan het ziekenhuisbed die we niet meer terugzien, terwijl er wel oplossingen mogelijk zijn om schijnzelfstandigheid te voorkomen.”
Handhaving Wet DBA
De afname van starters én de toename van stoppers hangen samen met de aangekondigde handhaving van de Wet DBA, die schijnzelfstandigheid moet tegengaan. Volgens Van de Ven speelt deze onzekerheid een grote rol. “We krijgen signalen dat werkgevers, bijvoorbeeld in de zorg, helemaal niet meer met zzp’ers willen werken om het zekere voor het onzekere te nemen. Terwijl je nog steeds goede afspraken met elkaar kunt maken.”
Detacheringsbureaus
Een deel van de zzp’ers die stopt, komt terecht bij detacheringsbureaus. Van de Ven wijst erop dat daar een keerzijde aan kan zitten. “Soms wordt een flink percentage van het uurloon afgetrokken als bemiddelingskosten. Ook bouwen sommigen van hen ineens geen pensioen meer op, terwijl zij dat als zelfstandige wel deden. Bovendien blijkt uit een onderzoek van de Algemene Rekenkamer naar zzp’ers in het onderwijs dat een dienstverband via detachering vaak duurder is dan het rechtstreeks inhuren van een zzp’er.”
Ministerie van Financiën maakt uitzondering
Opvallend is dat het ministerie van Financiën heeft aangegeven door te gaan met de inzet van zzp’ers, zelfs wanneer zij door de fiscus als schijnzelfstandigen worden aangemerkt. Dit gebeurt vanwege de herstelwerkzaamheden van de toeslagenaffaire. Volgens Van de Ven is dit onbegrijpelijk: “Voor ziekenhuizen geldt toch ook hetzelfde? Zij hebben de plicht om zorg te bieden. Ook voor de bouw geldt dat het kabinet een doelstelling heeft om honderdduizend woningen per jaar bij te bouwen. Gaan zij hen dan ook ontzien?”
Onzekerheid blijft obstakel
De cijfers maken duidelijk dat de onzekerheid rond de Wet DBA een drempel vormt voor nieuwe zelfstandigen én invloed heeft op het stoppen van zzp’ers. Van de Ven: “Veel van deze schade wordt veroorzaakt door de grote onduidelijkheid rondom de handhaving van zzp’ers, terwijl er in de meeste gevallen gewoon oplossingen mogelijk zijn.”